Het impresariaat Kox Vocaal behartigt de belangen tussen opdrachtgever en vocalist bij uw muzikale uitvoeringen.
Frank Dolphin Wong
BaritonDe Nederlandse bariton Frank Dolphin Wong studeerde klassieke zang bij Udo Reinemann aan de conservatoria van Utrecht, Amsterdam en Den Haag, waar hij deel uitmaakte van de opera academie. Tegelijkertijd studeerde hij aan het “Conservatoire de Metz”, waar hij een 2-jarige cursus voor het Duitse lied afsloot met een “Premier Prix”. Hij volgde masterclasses bij o.a. Charlotte Margiono, Robert Loyd, Jard van Nes, Peter Elkus, Christian Papis en James McCray.
In 1999 debuteerde hij in Duitsland als Guglielmo in “Cosi fan tutte” (Mozart) aan de Hamburger Kammeroper (reprise in 2000 en 2001). Bovendien werd hij door het ZAV geselecteerd voor de jaarlijkse jong talent audities in Saarbrücken.
Zijn debuut in Het Muziektheater te Amsterdam maakte hij als solist in het Kurt Weill-Project (o.a.“Happy End”, “Lost in the stars” en “Berliner Requiem”) van het Nationaal Ballet, choreografie Krysztof Pastor, met het Nederlands Balletorkest o.l.v. Thierry Fischer.
In “Le Nozze di Figaro” (Mozart) vertolkte hij in 2003 Figaro met Nuovo Musiche o.l.v. Eric Lederhandler, regie Alain Sachs tijdens een tournee door Frankrijk en België. (reprise 2005 in Nederland)
Zijn oratorium repertoire omvat werken als “Carmina Burana” (Orff), de Requiems van Brahms, Fauré, Mozart en Dvorak, “The Messiah” (Händel), “Die Jahreszeiten” en “Die Schöpfung” (Haydn), “de Messa di Gloria” (Puccini) en de Christus partij in de Mattäus- en Johannespassion (Bach).
Van 2004 tot 2010 was hij als bariton solist verbonden aan het theater Hagen (Duitsland) waar hij diverse rollen vertolkte als Il Conte d’Almaviva in “Le Nozze di Figaro (Mozart), Nick Shadow in “The Rake’s Progress” (Strawinsky), Don Carlos in “La Forza del Destino” (Verdi) Scarpia in “Tosca” (Puccini) Rigoletto in “Rigoletto”(Verdi), Germont in “La Traviata” (Verdi) en nog vele andere partijen.
In 2006 werd hij in de ‘Kritiker Umfrage’ door twee journalisten uitgeroepen tot beste ‘Nachwuchssänger’ (jong talent) van Nordrhein Westfalen voor zijn vertolking van Orest in “Elektra” (Strauss). In 2009 is hij wederom gekozen, dit maal voor de vertolking van Stanley Kowalski in “A streetcar named desire” als ook voor de beste zanger van Nordrhein Westfalen voor de rol van Rigoletto uit de opera “Rigoletto”.
In 2011 zong hij o.a. de rol van Ping in de opera Turandot aan de Nationale Opera van Polen, Warschau en in Theater Hagen (Duitsland) Dr. Falke in “Die Fledermaus”, Schaunard in “La Bohème” en Peter in “Hänsel und Gretel” (Humperdinck). In Vredenburg Ezio in Atilla (Verdi), Don Carlo in Ernani (Verdi) en Carmina Burana van Orff.
Voor 2012 heeft hij diverse operaengagementen, maar ook zingt hij dit najaar in het Concertgebouw o.a. het Requiem Verdi en de Petite Messe Solennelle van Rossini.
Nienke Oostenrijk
SopraanDe sopraan Nienke Oostenrijk behaalde eerst haar doctoraalexamen geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen alvorens aan haar zangopleiding aan het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam te beginnen. Zij studeerde bij Margreet Honig, Cora Canne Meijer, Arleen Auger en volgde masterclasses bij Elly Ameling en Robert Holl.
Nienke Oostenrijk is een veelgevraagd concertsoliste. Met dirigenten als Jaap van Zweden, Frans Brüggen, Jac van Steen, John Nelson, Jos van Veldhoven en Jan-Willem de Vriend was zij vele malen te horen in de Matthäus en Johannes Passie en het Weihnachtsoratorium van Bach, het Requiem en de Mis in c kl van Mozart, het Stabat Mater van Pergolesi, de Messiah van Händel, alsmede in de bewerking van Mozart.
In zowel geënsceneerde als in concertante uitvoeringen is Nienke onder meer te horen geweest als Konstanze in Mozart’s Die Entführung aus dem Serail, als Pamina in Mozart’s Die Zauberflote, Sophie in Strauss’ Der Rosenkavalier en Tebaldo in Verdi’s Don Carlos, met dirigenten als Kees Bakels, Marc Soustrot, Friedrich Haider en Carlo Rizzi.
De cd Bach arias voor sopraan en hobo, die zij maakte met haar zus Pauline, werd in de pers geprezen vanwege de stijlvastheid en virtuositeit van uitvoering, en is in 2012 genomineerd voor een Edison. De opname van de compositie En Hollande van Leo Samama, te zamen met het Daniël Kwartet, werd door Luister met een 10 werd beoordeeld. Voorts is Nienke te horen met het Residentie Orkest, onder leiding van Mathias Bamert, in de Mis in As van Verhulst. De uitvoering op cd werd zowel in de landelijke pers als in het gerenommeerde tijdschrift Grammophone lovend besproken.
In April 2004 leverde Nienke een zeer geslaagde bijdrage aan het huwelijk van Prins Friso en Prinses Mabel in de Oude Kerk te Delft, met de aria ‘Magna Res est Amor’van Hendrik Andriessen. In november 2005 zong Nienke ter gelegenheid van het Zilveren Regeringsjubileum voor Koningin Beatrix in de Gothische Zaal van de Raad van State.
Afgelopen jaren heeft zij op de concertpodia samengewerkt met veel vooraanstaande dirigenten als Peter Dijkstra, Ton Koopman en Jan Willem de Vriend, Barend Schuurman, Daan Admiraal, Maria van Nieuwkerken en Wiecher Mandemaker.
Rosina Fabius
MezzosopraanRosina Fabius deed in 2016 haar afsluitende recital voor haar Master of Music aan het Utrechts conservatorium bij Henny Diemer. Tijdens haar Master studeerde zij één jaar aan de Universität für Musik und Darstellende Kunst Wien (MDW) bij Prof. Claudia Visca en Prof. Gabriele Fontana. Rosina wordt momenteel gecoacht door sopraan Rosemary Joshua.
In Nederland heeft Rosina met Studio 32 Utrecht in verschillende opera producties opgetreden, o.a. op het Grachtenfestival Amsterdam. Zij was bij Holland Opera te horen in de productie ‘Orfeo Underground’, waar zij de rollen Messagiera en Speranza op zich nam. Bij de Operadagen Rotterdam zong zij zowel in de operaproductie ‘Orfeo’s night song’ als een solo recital voor de Operadagen Thuis.
Bij de Nationale Opera heeft Rosina deelgenomen aan verschillende talentontwikkelingsprojecten waar zij workshops en masterclasses volgde bij o.a. dirigent Christophe Rousset en mezzosopraan Sarah Connolly.
Naast opera treedt Rosina in binnen- en buitenland regelmatig op als soliste in oratoria en concerten. Zo werd zij uitgenodigd om als soliste de Matthäus Passion te zingen bij het International Bach Festival in Gran Canaria en is zij een vaste gast in barok programma’s bij het ensemble The London Octave (UK). Dit jaar debuteerde zij in in het Concertgebouw als soliste in de tweede symfonie van Mahler o.l.v. Bas Pollard.
Tevens geeft Rosina graag liedrecitals met haar pianiste Kanako Inoue. In kamermuziekseries treed zij op met o.a. het ARTO ensemble en het Fabius ensemble.
Frank Hermans
BaritonFrank Hermans weet met zijn warme baritonstem bruggen te bouwen. Zingen verhalen vertellen, de tekst tot leven brengen, mensen via de muziek voor de muziek winnen, dat is Franks doel.
Zelfs als mensen de taal van een lied of libretto niet verstaan, weet hij de essentie via zijn stem en expressie over te brengen op zijn toehoorders.
Zijn liefde voor zingen ontsprong in het World Youth Choir, waarmee hij tussen 1993 en 2001 de wereld bereisde. Op jonge leeftijd begon hij met zingen bij Hortus Musicus Religiosus in Bergen op Zoom, onder bezielende leiding van Hans Smout. Later studeerde hij zang en kerkelijk koorleider aan de Fontys Hogescholen in Tilburg. Sindsdien zoekt hij nog regelmatig coaching bij Paula de Wit, Peter Harrison en Meinard Kraak.
Frank zong als koorzanger bij het Gewandhaus Kammer Chor in Leipzig en Ensemble Lyrique. Met regelmaat zingt hij bij de Nederlandse Bach Vereniging en in 2010 maakte hij zijn debuut als Christus in de Matthäus-Passion van Bach in Brugge en Kortrijk en zong hij de Kindertotenlieder van Mahler in Grenoble, Lyon en Parijs. Sindsdien wordt hij regelmatig gevraagd voor Bachcantates en oratoria.
Ook verzorgt hij graag liedrecitals.
Naast zijn podiumwerk is Frank actief op Factorium in Tilburg waar hij zanglessen verzorgt en koren coacht. Ook heeft Frank een privépraktijk en is hij regelmatig in Zuid-Amerika waar hij concerteert en masterclasses geeft.
Met Frans van Tuijl bracht hij twee CD’s uit met liedrepertoire en in 2012 verscheen zijn nieuwste CD met Lies Colman: ‘C’est l’extase langoureuse…’
Daniel Van Kessel
TenorNa zijn studie Bedrijfseconomie besloot Daniël van Kessel in 2004 voor zijn passie te kiezen en zang te gaan studeren aan het Rotterdams Conservatorium bij Roberta Alexander, Carolyn Watkinson en Frans Huijts waar hij in 2009 afstudeerde. Momenteel studeert Daniël bij Howard Crook. Coaching kreeg hij onder andere van Vinson Cole, Claron McFadden, Nico van der Meel, Alison Pearce en Udo Reinemann.
Daniël is ondertussen een veelgevraagd oratoriumzanger gespecialiseerd in het barokrepertoire, met name Bach en Händel.
Naast oratorium heeft Daniël ook in vele opera’s gezongen. In 2009 zong Daniël onder leiding van Glenn Wilson de rol van Lucano in Monteverdi’s L’incoronazione di Poppea bij de Nieuwe Opera Academie en – in de zomer – een solopartij in Purcell’s Fairy Queen onder leinding van Claron McFadden en Alessandro Pianu. In januari 2010 zong Daniël de rol van Mayor in Britten’s Albert Herring, onder leiding van Jon Berman en Alexander Oliver. Tijdens het festival “Flagstaff in Fidenza” (Italië) zong Daniël scènes uit Rossini’s Barbiere de Siviglia. Daniël ontving daarvoor een beurs van het Prins Bernhard Cultuurfonds.
Ook zong Daniël als solist in de Cantate No. 4 van Bach onder leiding van Sir Roy Goodman en als haute-contre in “Le reniement de St. Pierre” (Charpentier) en het Requiem van Jean Gilles.
Het afgelopen jaar zong Daniël de tenorsolo’s in The Messiah met het Residentie Bach Ensemble onder leiding van Jos Vermunt. Daarnaast zong Daniël zowel de Evangelist als de aria’s in de Johannes, Lukas en de Matthäus Passion. Daniël sloot het Passieseizoen af in de Oosterpoort te Groningen als Evangelist in de Matthäus Passion onder leiding van Geert-Jan van Beijeren Bergen en Henegouwen.