Anne-Marieke Evers
De mezzosopraan Anne-Marieke Evers studeerde aan het Conservatorium van Amsterdam bij Kevin Smith. Zij specialiseerde zich in muziek uit de Middeleeuwen en Renaissance aan de Schola Cantorum Basiliensis te Basel (Zwitserland). Vervolgens werd zij gecoached door Mariette Witteveen (Nederland) en Elizabeth Daniels (USA).
In Basel richtte zij samen met blokfluitiste Anita Orme Della-Marta het ensemble Grand Desir op, dat zich richt op laat-middeleeuwse en hedendaagse muziek. Het ensemble debuteerde in het Oude Muziek Festival Utrecht. Zij traden op in het Concertgebouw, en ontvingen uitnodigingen in Zwitserland en bij het Spring Early Music Festival in Melbourne.
In juli 2009 won Grand Desir de publieksprijs in The York Early Music Festival Competition (UK). Later dat jaar kwam hun eerste CD uit: Danse et Chanson en speelden zij een concertserie in het Netwerk Oude Muziek.
Anne-Marieke is een veelgevraagd soliste voor het oratorium repertoire; Bach’s Passionen en Magnificat, werken van C.P.E. Bach, Saint-Saens, Vivaldi, Mozart, Mendelssohn en Strawinsky.
Haar stem wordt vaak omschreven als warm en helder.
Zij vertolkte o.a. de rol van Dido in Dido and Aeneas van Purcell en La Tasse Chinoise in L’Enfant et les sortileges van Ravel. Ook heeft Anne-Marieke een veelomvattend liedrepertoire, inclusief moderne componisten als Poulenc (o.a. Le Travail du Peintre), Berio (Sequenza III) en Schoenberg (Pierrot Lunaire).
In de VS trad zij solistisch op met de Washington Bach Consort (o.l.v. J. Reilly Lewis), Bach Sinfonia (o.l.v. Daniel Abraham). In 2010 verscheen een CD met alle Motetten van J.S. Bach door Bach Sinfonia met Anne-Marieke als alt solist. Zij soleerde in the Washington National Cathedral een solo uitvoering van Bach’s Matthäus Passion met 10 zangers o.l.v. Michael Mc Carthy.
In opdracht van de National Gallery of Art (Washington DC) schreef zij een kinderconcert bij de expositie City Scapes – Nederlandse steden in de 17e eeuw. Op verzoek ontwierp en zong zij nogmaals een familie concert voor de expositie rond werken van Gabriel Metsu m.m.v. Texas Children’s Choir met repertoire uit de Nederlandse 17e eeuw.
In 2016 debuteerde zij bij het Jerusalem Baroque Orchestra (David Shemer, artistiek leider) in een Matthäus Passion in Jeruzalem door 8 zangers met Joshua Rifkin als dirigent.
Ook zong zij de rol van Arioco in de wereldpremière van het complete oratorium Nabucco van Michelangelo Falvetti met the Phoenix Ensemble o.l.v. Myrna Herzog in het Abu Gosh Festival (IL) in 2016. In datzelfde jaar zong zij de altsolo’s van het Weihnachts Oratorium in Bethlehem.
Annelies Lamm
De mezzo-sopraan Annelies Lamm sloot haar studie af bij de Bariton Henk Smit aan het Twents Conservatorium. Daarna volgde zij verschillende cursussen o.a bij Udo Reineman.
Sinds 1981 is zij vast verbonden aan de Nationale Reisopera, waar zij vele solorollen vertolkte in o.a Tosca-DonGiovanni-Rigoletto La Forza del Destino-Macbeth-Maria Stuarda-Katja Kabanova-Reigen etc.
In de zomer van 1997 zong zij de rol van Meg Page in Falstaff van Verdi in het west Friese Spanga. Verder vertolkte zij met veel succes de rol van Adalgisa in de Opera Norma van Bellini in een vrije produktie te Groningen.
In 1989 won Annelies Lamm het Marriot Opera Concours in Amsterdam. Daarnaast werkt zij elk seizoen mee aan een groot aantal concerten en oratorium en geeft zij recitals. In Praag zong zij de wereldpremière van een liederencyclus van Jan Klusak. Verder zong zij de altpartij in de tweede symphonie van G.Mahler met het Gelders Orkest o.l.v Lawrence Renes. In de Opera Eugen Onegin van Tsaikovski had zij de rol van Larina. Tevens was zij te zien en te horen als derde Dame in Mozarts Zauberflote.
In Juni 2001 heeft zij met veel succes bij de NRO in een concertante uitvoering de rol van dalgisa vertolkt in de Opera Norma van Bellini. Verder is er een cd uitgebracht met liederen van Brahms en Schumann. Een groot succes was de rol van Minskwoman in de opera Flight van Jonathan Dove.
Afgelopen seizoenen zong ze Fenena in Nabucco van Verdi; Moeder in Pollicino van Henze en Nurse in King Priam van Tippet.(N.R.O.). Bij de Matinee op de vrije zaterdag verleende ze haar medewerking aan de Glagolitische mis van Janaceck o.l.v.Edo de Waard.
In juni 2006 verleende ze haar medewerking aan de wereldpremiere Van :Le premier et dernier testament van Obouchov o.l.v. Reinbert de Leeuw.
In oktober 2006 zong ze bij de Matinee de alt-solo in Requiem-canticles van Rachmaninov.
Seizoen 2003-2004 stond in het teken van Henze. Moeder in Pollicino en Kurfurstin in de Prinz van Homburg. In Luisa Miller van Verdi zong zij de rol van Laura bij de N.R.O.
Voorjaar 2005 had zij de rol van Genevieve in Pelleas et Melisande van Debussy o.l.v.Ed Spanjaard. November 2005 zong ze in Eindhoven de rol van Arsace uit Semiramide in Concertante uitvoering. Augustus 2006 was ze de understudy van Herodiade uit de gelijknamige opera Van Massenet bij Opera Dorset U.K. November 2007 zong zij de rol van Anna Pavlovna in de nieuwe opera van Jonathan Dove: The two hearts of Kwasi Boachi bij het O.T. theater in Rotterdam met een tiental voorstellingen door het land, naar het boek “de zwarte met het witte hart”, van Arthur Japin.
Bij de Nationale Reisopera zal zij te horen zijn in twee producties van de Ring der Nibelungen van Wagner.
Claudia Kamaris
Er zijn veel woorden die Claudia Kamaris kunnen beschrijven: uniek, getalenteerd en charismatisch. Claudia Kamaris is bovenal authentiek. Ze zingt met eerlijkheid en vanuit de ziel. Kunst, vertelkunst en zang worden in harmonie gecombineerd.
Claudia Kamaris studeerde zang bij Kammersänger (KS) Andrzej Saciuk en KS Prof. Jeanne Piland (Robert Schumann Hochschule in Düsseldorf). Zij volgde masterclasses bij
KS Christa Ludwig, KS Helen Donath, Emily Rawlins Struckmann en Vera Schönenberg (Mozarteum Salzburg).
In 2010 was Claudia Kamaris finaliste in het Nederlandse tv muziekconcours “Una Voce Particolare”.
In 2011 kreeg Claudia Kamaris haar eerste vaste engagement aan het Tiroler Landestheater Innsbruck Intendanz KS Prof. Brigitte Fassbaender en besloot zij uit passie voor de klassieke zangkunst professioneel zangeres te worden.
Sinds 2015 is ze verbonden aan de Opera van Frankfurt.Zij zong ondermeer de rol van Dorabella (Così fan tutte) en Neris (Medea). Solo projecten zijn Claudia Kamaris´ passie.
Concertreizen brachten haar naar Oostenrijk, Italië, Frankrijk, Duitsland en Nederland.
Zij zong de altpartij in de Matthäus Passion van Johann Sebastian Bach in Nederland onder leiding van Jan Stulen, die haar speciaal daarvoor uitnodigde.In de Matthäusstad Naarden trad Claudia Kamaris op tijdens Passie voor Bach, waarbij delen uit de drie Passies van Bach, Matthäus, Johannes en Markus uitgevoerd werden o.l.v. leiding van Andrew Wise.
Vele recitals zong zij in Duitsland, Oostenrijk, Nederland, Italië en Frankrijk.
De komende tijd staan de Matthäus Passion, een rol in de nieuwe opera Eline gepland en een aantal recitals met speciale programma’s. In 2023/2024 verwacht Claudia Kamaris met een operashow, waarin tien operaheldinnen belicht worden, langs diverse theaters gaan.
Elsbeth Gerritsen
Mezzosopraan Elsbeth Gerritsen werd opgeleid aan het Conservatorium van Amsterdam bij Margreet Honig. Daarna werd zij enkele jaren gecoached door Jard van Nes.
Als soliste werkte zij samen met gerenommeerde ensembles als Asko|Schönberg, Klangart Berlin, Slagwerk Den Haag, VocaalLAB, Mannheimer Hofkapelle en Camerata Trajectina. Zo zong zij onder meer de Altrapsodie van Brahms, de Wesendonklieder van Wagner, L’Enfance du Christ van Berlioz (Marie), en het Requiem van Verdi.
Op het operatoneel vertolkte zij onder andere de rollen van Miranda in The Tempest van Purcell, Orfeo in Orfeo ed Euridice van Gluck, Marthe in Faust van Gounod, Voedster in Boris Godoenov van Moessorgski, Mrs. Noye in Noye‛s Fludde van Britten, en Miss Baggott in Brittens The Little Sweep. Ook speelde zij de rol van Vrede in De Triomfeerende Min van Carolus Hacquart met Camerata Trajectina tijdens de hedendaagse premiere in het Festival Oude Muziek Utrecht.
Elsbeth Gerritsen heeft enkele wereldpremières op haar naam staan: de rol van Yola in Two Caravans van Guy Harries (Kameroperahuis Zwolle), Aurore Noire in Colorful Penis van Maria de Alvear (tijdens de Dresdner Tage für zeitgenössische Musik), Dienstertje in De Roep van De Kinkhoorn van Bart Visman (Opera Trionfo), en Greta in Autland van Sergei Newski (Ruhrtriennale).
Ook zong zij Klytaimnestra in de eerste uitvoering van Een Oresteia van Xenakis met inserties van Annelies Van Parys voor Muziektheater Transparant in Antwerpen, en Nel in de muziektheater-voorstelling VALS over meestervervalser Han van Meegeren met muziek van Henry Kelder.
Tot haar recente engagementen behoren onder meer de alt- en 2e sopraansolo in de Hohe Messe van Bach, de altsolo in Telemann’s Donnerode met Vox Luminis tijdens festivals in Frankrijk en Duitsland, de mezzosopraanpartij in het solistenseptet in de opera Babylon van Jörg Widmann tijdens de Nederlandse première onder leiding van Markus Stenz in het Holland Festival (Zaterdagmatinee), een rol in de nieuwe muziektheatervoorstelling tristanisolde – love fail van componist David Lang voor Silbersee (Muziekgebouw aan het IJ), en met fortepianiste Riko Fukuda een liedrecital gewijd aan de roos op uitnodiging van het Hortus Festival.
Elsbeth Gerritsen behoort tot de vaste kern van zowel het Nederlands Kamerkoor als de Nederlandse Bachvereniging. Tevens is zij de alt in Quink, een vocaal kwartet dat internationale bekendheid geniet.
Esther Kuiper
De Nederlandse mezzosopraan Esther Kuiper studeerde aan het Conservatorium van Amsterdam. Kort na het behalen van haar masters in jazz nam ze privélessen bij Marion van den Akker en focuste ze zich op het klassieke repertoire.
Esther was finaliste van de Nicola Martinucci Competition in Lucca, Italië (2019), finaliste en laureaat van het 50ste Internationaal Vocalisten Concours in ‘s Hertogenbosch (2014), is laureaat van de Dutch Classical Talent Award (2017), won de eerste prijs bij Concours Kasteel Doorwerth in 2013, ontving de Klaas Dijkstra Award op het Peter de Grote Festival in Groningen (2012) en de Publieksprijs bij het Presentatie Concert van de Stichting Nederlandse Vocalisten Presentatie (2011).
Met haar warme geluid en brede muzikaliteit voelt Esther zich thuis in zowel opera, oratorio en Lied repertoire uit verschillende stijlperioden van barok tot hedendaags.
Hoogtepunten uit haar engagementen zijn de rol van Waltraute in Wagner’s Die Walküre (Zaterdagmatinee 2019 o.l.v. Jaap van Zweden), Mrs. Segstrom in Sondheim’s A Little Night Music bij De Nederlandse Reisopera (2019), Dritte Dame in Mozart’s Die Zauberflöte bij La Monnaie (Brussel, 2018), Verdi’s Requiem met het NedPho (2018), La Contessa di Ceprano in Verdi’s Rigoletto bij De Nationale Opera (2017) en Youngest Daughter in Trauernacht – een voorstelling van Katie Mitchell en Raphael Pichon met muziek van J.S. Bach (Aix-en-Provence Festival productie, Philharmonie de Paris, 2015).
Haar uitgebreide concertrepertoire omvat onder andere de Matthäus Passion, de Johannes Passion en het Weihnachtsoratorium van Bach (o.a. met het Concertgebouw Kamerorkest, Gelders Orkest en Residentie Orkest), Mozart’s requiem, Verdi’s requiem, Rossini’s Petite Messe Solenelle en Stabat Mater.
Esther soleerde onder leiding van dirigenten als Jaap van Zweden, Carlo Rizzi, Antonello Manacorda, Ben Glassberg, Raphael Pichon, Ed Spanjaard, Martin Wright, Pieter-Jelle de Boer, Gijs Leenaars, Philipp von Steinaecker en Ryan Bancroft.
Florieke Beelen
Onlangs won mezzosopraan Florieke Beelen diverse prijzen. Haar deelname aan het Internationaal Vocalisten Concours in 2014 leverde haar vier prijzen op, waaronder de prestigieuze Arleen Auger Allround Prijs voor de beste allround zangeres van het concours. In juli 2015 won Florieke de Jong Talent Prijs bij de Belvedere Competitie.
In het NRC Handelsblad werd Florieke de rijzende ster van Nederland genoemd. In juni 2016 won ze twee prijzen op de Stenhammar Music Competition in Zweden, waaronder de Stenhammar Prijs.
Florieke is een veelgevraagde soliste in binnen- en buitenland; ze zong onder andere Matthäus Passion, Johannes Passion, Hohe Messe & Magnificat (Bach), Magnificat (Cui), Requiem (Duruflé & Mozart), Dixit Dominus & Messiah (Händel), Stabat Mater & Salve Regina (Haydn), Stabat Mater (Jenkins) Petite messe solennelle (Rossini), Magnificat (Schubert) en Gloria & Magnificat (Vivaldi).
Op 25-jarige leeftijd maakte Florieke haar debuut bij de Nationale Opera met Linette in “l’amour des trois oranges” (Prokofiev). Daarna kwam ze terug als La dame “Comme ci, comme ca” in “The Gambler”(Prokofiev), Modestina in “il viaggio a Reims” (Rossini) en Ines in “il Trovatore”, (Verdi).
Bij de Nederlands Reisopera zong ze Dorabella in “Così fan tutte” (Mozart) in het Concertgebouw te Amsterdam.
Florieke voerde ook vele andere rollen uit, waaronder “Mère Marie” in “Dialogue des Carmelites” (Poulenc), Romeo in “i Capuleti e i Montecchi” (Bellini) en met regisseurs als Laurent Pelly, Andrea Breth, Damiano Michieletto, Alexander Oliver, Robert Carsen, Lotte de Beer en Allex Ollé & Valentina Carrasco (La Fura dels Baus).
Ze volgde masterclasses bij onder meer Dame Janet Baker, voor haar vertolking van Britten’s Phaedra, bij Ed Spanjaard, Rudolf Jansen, Nelly Miricioiu, Doris Stoffel, Dennis O’Neill, Leontina Vaduva, Jean Philippe Lafont, José van Dam en Christa Ludwig.
Op het Christina Deutekom Gala zong Florieke naast o.a. Eva-Maria Westbroek, Henk Poort, Marco Bakker, Ernst Daniël Smid en Charlotte Margiono. Dit vond plaats in het Koninklijk Theater Carré in Amsterdam met Holland Symfonia o.l.v. Ramon Tebar.
Onlangs zong zij de rol van Meg Page (Falstaff) en Marcellina (Le nozze di Figaro) op het Gala van de Nationale Opera.
De liefde voor het lied deelt Florieke met pianiste Abigail Richards, met wie zij een liedduo vormt. Samen wonnen zij twee prijzen op het Internationaal Vocalisten Concours 2014. Recent gaven zij samen een recital in de Kleine Zaal van het Concertgebouw.
Florieke zong ook de Wesendoncklieder van Wagner bij Het Orkest o.l.v. Jacob Slagter; de 6 Carmina Alcaei van Dallapiccola bij het Nieuw Ensemble en Bosnian Voices van Nigel Osborne bij het Liverpool Philharmonic Ensemble 10/10. Onlangs zong zij bij Introdans Lieder eines fahrenden Gesellen van Mahler met het Gelders Orkest o.l.v. Otto Tausk.
Florieke is ook afgestudeerd voor de bachelor Bedrijfseconomie en de master Marketing Management aan de Tilburg University.
Franziska Gottwald
Franziska Gottwald is in Marburg aan de Lahn geboren. Na haar studie zang in Saarbrücken, Hannover en Weimar was zij gedurende 4 jaar vast ensemblelid bij het Deutschen Nationaltheater in Weimar.
Gastengagementen voerden Franziska Gottwald onder andere naar de operahuizen in Keulen, Stuttgart, Hannover, Wiesbaden, Toulouse, Bilbao, Basel en naar de Komische Oper Berlin. Haar wens de kracht van de muziek en vertolking wederzijds te verbinden kwam zo tot uiting in partijen als Cherubino en Sesto (Mozart), Ariodante en Ruggiero (Händel), Orfeo (Gluck), Hänsel (Humperdinck) of Prinz Orlofsky (J. Strauss).
Franziska Gottwald was soliste bij vooraanstaande orkesten zoals het Gewandhaus Orchester Leipzig, het Venice Baroque Orchestra, het Concertgebouw Orkest, het Amsterdam Baroque Orchestra, Musica Antiqua Köln, Concerto Köln, de Akademie für Alte Musik Berlin, het ensemble Resonanz, en diverse Duitse Rundfunk-orkesten en de Bamberger Symphonikern.
Concertreizen met werken uit de barok, via de romantiek tot de hedendaagse muziek voerden haar naar Japan, Südafrika, Kanada, Südostasien en door heel Europa. Orkestwerken als Dvorak’s Biblische Lieder, Das Lied van der Erde van Mahler, Verdi’s Requiem of Berlioz’ “les nuits d’été” stonden daarbij op het programma, evenals Mozart of Händel Solo- Aria-avonden. Zo was zij in 2015-2016 onder andere te gast in de concerzalen van Londen, Madrid, Amsterdam, Yokohama, Florence, Tel Aviv en Jerusalem, Stavanger, Basel, Bilbao, Keulen, Dresden en Baden-Baden.
Franziska Gottwald, winnares van het Internationale Leipziger Bachwettbewerb heeft eveneens een rijke schat aan ervaring op het gebied van de historische uitvoeringspraktijk door de jarenlange samenwerking met dirigenten als Reinhard Goebel, Ton Koopman, Andrea Marcon, Fabio Biondi, Konrad Junghänel, Christoph Spering en vele anderen.
Franziska Gottwald werkte als soliste mee aan tal van CD-producties, zoals Merope van Vivaldi onder de leiding van Fabio Biondi, of L’Olimpiade: The Opera onder leiding van Markellos Chryssicos. In het bijzonder dient ook vermeld te worden de opname van Samson van Händel onder leiding van Nicholas McGegan.
Helena van Heel
De Zweeds-Nederlandse mezzosopraan Helena van Heel beschikt over een repertoire dat zich uitstrekt van barok tot hedendaagse muziek en zij wordt geprezen om haar bijzondere vertelkracht die ze etaleert bij zowel de grote werken van J.S. Bach als bij kamermuziekconcerten en liedrecitals.
Helena zong met het Orkest van de Achttiende Eeuw, Nederlands Kamerorkest, Residentie Orkest, Amsterdam Sinfonietta, Phion en het Noord Nederlands Orkest. Zij werkte met de dirigenten Frans Brüggen, Eric Ericson, Reinbert de Leeuw, Peter Eötvös, Tõnu Kaljuste, Christoph Poppen en Risto Joost. Verder trad Helena op met het New European Ensemble, Asko|Schönberg Ensemble, Rietveld Ensemble, Barok Opera Amsterdam en Corelli Consort Tallinn en verleende ze haar medewerking aan de Donaueschinger Musiktage, het Gergiev Festival en het Holland Festival.
Nieuwe hoogtepunten zijn haar eigen producties, waarbij bestaande composities gecombineerd worden met speciaal voor haar geschreven werken door componisten als Jeff Hamburg, Max Knigge, Willem Boogman en Thomas Jennefelt. Sinds 2020 is Helena van Heel artistiek leider van Stichting Noorderklank, waarin nieuwe muziektheater-producties worden gecreëerd, zoals Een oog in zee (première november 2022), gebaseerd op de Griekse mythe over Ariadne en Theseus.
In december 2018 verscheen Helena’s CD ‘AVE MARIS STELLA’ en recentelijk verscheen op het label Etcetera de CD ‘SONGS ALONG THE WAY’ met muziek van Jeff Hamburg en diens bewerking van Mahler, Lieder eines fahrenden Gesellen, waar Helena zingt met het New European Ensemble. “Alles aan deze schitterende CD is even fijnzinnig…, bovenal de doorvoelde en zuivere zang van Helena van Heel.”, “Een mooi arrangement…prachtig uitgevoerd.” (Klassieke Zaken resp. Nieuwe Noten)
Ook op het label Etcetera wordt binnenkort de CD ‘MEIN LIEBESLIED’ uitgebracht. Helena nam samen met pianiste Naomi Tamura drie liedcycli op: Berlioz, Les nuits d’été, Jennefelt, Sieben Liebeslieder (tekst Else Lasker-Schüler) en Mahler, Lieder eines fahrenden Gesellen.
Voor 2022 staat o.a. gepland: J.S. Bach, Matthäus Passion, Johannes Passion en Weihnachts Oratorium, Mozart, Requiem, Mahler, Kindertotenlieder, diverse lied recitals en de première van Een oog in zee (muziek W. Boogman/J. Haydn).
helenavanheel.com
© februari 2022
Marieke Koster
De Nederlandse mezzosopraan Marieke Koster studeerde zang Uitvoerend Musicus en opera aan het Sweelinck Conservatorium te Amsterdam en aan de Royal Scottish Academy of Music in Glasgow.
Op haar operarepertoire staan titelrollen als Semiramis van C. Destouche, Iphigenie en Tauride van Gluck en Phaedra van Britten. Zij zong de klassieke rollen van Ottone( Monteverdi’s L’incoronazione di Poppea), Agnese( Bellini’s Beatrice di Tenda), Adalgisa( Bellini’s Norma), en Lay Sister( Puccini’s Suor Angelica). In het moderne operarepertoire zong zij Mrs. Nolan( Menotti’s The Medium), de verschrikkelijke General Han Chueh( Judith Weir’s A night at the Chinese Opera) en La Mère d’Iseut( Frank Martin, Onafhankelijk Toneel, Domestica). Bij Opera Zuid zong zij La reine Clementine( Offenbach, Barbe Bleu), De Buurvrouw in Mavra
( Stravinsky) en de derde Dame in de Zauberflöte van Mozart.
Marion Van Den Akker
Marjolein Niels
Een van de hoogtepunten van de afgelopen seizoenen was de rol van Wellgunde in Antony McDonald’s veelgeprezen productie van Wagners Ring-cyclus o.l.v. Ed Spanjaard.
Marjolein Niels vertolkte deze rol met veel succes bij de Nationale Reisopera, waar ze o.a. ook te horen was als Néris in Medea en Siegrune in Die Walküre.
Op het operatoneel was Marjolein Niels tevens te zien als o.a. Maman in L’Enfant et les Sortilèges (NTR ZaterdagMatinee van het Concertgebouw), Dido in Dido and Aeneas, First Secretary in Nixon in China, Dorabella in Così fan tutte (Het Gelders Orkest), Zerlina in Don Giovanni (Concertgebouw Amsterdam in regie van Laurence Dale) en Tweede Dame in Die Zauberflöte (Nationale Reisopera).
Zij trad als soliste op met toonaangevende orkesten als Concerto Copenhagen, sOrkest van het Oosten, Noord Nederlands Orkest, Holland Symfonia (met De Nederlandse Opera in ‘Writing to Vermeer’), Vlaams Radio Orkest, Orkest van de Achttiende Eeuw, Het Gelders Orkest, Nederlands Kamerorkest, Radio Philharmonisch Orkest, Limburgs Symfonie Orkest en de nieuwe philharmonie zuidnederland.
Marjolein Niels werkte met dirigenten als Hans Graf, Roberto Rizzi Brignoli, Lars Ulrik Mortensen, Reinbert de Leeuw, Frans Bruggen en Bruno Weil.
Tevens is Marjolein een gepassioneerd liedzangeres. Ze werd uitgenodigd voor solorecitals op belangrijke binnenlandse en buitenlandse podia als het Grand Théatre de Tours, de Kleine Zaal van het Concertgebouw (in de serie ‘Jonge Nederlanders’), het Internationales Stimmen Festival Holzhausen en in de Haagse vocale serie ‘Royaal Vocaal’ (met bariton Henk Neven).
Marjolein Niels studeerde aan het Conservatorium van Amsterdam bij Maarten Koningsberger en Margreet Honig. Haar tweede faseopleiding volgde ze aan De Nieuwe Opera Akademie, waar zij onder andere de rollen vertolkte van Contessa in Le nozze di Figaro en Pamina in Die Zauberflöte. In het seizoen 2003/2004 was ze als ensemble-lid verbonden aan Opera Studio Nederland. In dat jaar maakte ze haar debuut bij de Nationale Reisopera waar zij vervolgens regelmatig te gast was. Masterclasses volgde zij bij onder andere Dawn Upshaw, Graham Clark, Rudolf Janssen, Roger Vignoles en Konrad Richter.
Mirjam Schreur
Mezzosopraan Mirjam Schreur behaalde haar tweede fase diploma’s Uitvoerend Musicus Solozang en Muziekdrama aan het Conservatorium Maastricht bij Barbara Schlick. Ze werd verder opgeleid door de mezzosopraan Jard van Nes, die haar nog steeds coacht. In 2002 won ze de derde hoofdprijs in het internationale zangconcours “Debüt in Meran”in Italië. Deze hoge plaats had ze te danken aan een goede vertolking van zowel opera-, lied- als oratoriumrepertoire. Uitnodigingen aldaar voor de operarollen van Marcellina en Orfeo volgden.
Met de Philharmonie Zuidnederland voerde Mirjam de Matthäus Passion uit o.l.v Paul Goodwin en Matthew Halls. Op de Amerikaanse Begraafplaats te Margraten voerde ze met dit orkest Petite Messe Solennelle van Rossini uit olv Ed Spanjaard.
Onlangs vertolkte ze de rol La Mère d’Iseut in Le vin herbé van Martin in samenwerking met Philharmonie Zuidnederland en het professionele koor Studium Chorale olv Hans Leenders.
Met het Limburgs Symfonie Orkest voerde ze 5 opeenvolgende seizoenen series Matthäus Passionen uit olv Ed Spanjaard, Paul Goodwin en Reinbert de Leeuw en daarnaast Missa Solemnis van Beethoven o.l.v Roberto Rizzi-Brignoli en de Messiah van Händel o.l.v Kynan Johns. Ed Spanjaard nodigde haar in 2012 uit voor zijn afscheidsconcerten, waarin ze de rol van Marcellinus vervulde in Le Martyre de St. Sébastien van Debussy.
Ze maakte haar debuut in het Paleis van de Schone Kunsten te Brussel met Psalm 137 van Mendelssohn als soliste bij het professionele kamerkoor Studium Chorale o.l.v Hans Leenders. In 2009 was ze te horen in het Stabat Mater van Brunetti i.s.m. het Combattimento Consort Amsterdam olv. Jan Willem de Vriend. Ze werd dat jaar uitgenodigd voor het Barocco Festival Leonardo Leo te Brindisi.
In 2007 maakte ze een tournee door Duitsland en Luxemburg met het beroemde jongenskoor “Kreuzchor Dresden” en de Dresdner Philharmonie olv Roderich Kreile en zong daarbij in o.a. Konzerthaus Freiburg, Liederhalle Stuttgart, Tonhalle Düsseldorf, Graf Zeppelin Halle te Friedrichshafen en Philharmonie te Luxemburg.
Ze soleerde bij de Nederlandse Bachvereniging olv Jos van Veldhoven in de series “Muziek voor Vorstenhuizen”en “der Tod Jesu” van Graaf.
Inmiddels heeft ze een breed repertoire opgebouwd, waarin alle stijlperiodes (barok, klassiek, romantiek, 20-ste eeuws en eigentijds) zijn vertegenwoordigd. Haar stem ontwikkelde zich geleidelijk steeds verder, zodat naast het door Mirjam geliefde barokke repertoire en de klassieken nu ook Mahler een favoriet is geworden. Met symfonie orkesten olv Manon Meijs voerde ze drie keer de Tweede Symfonie van Mahler uit en Lieder eines fahrenden Gesellen. Daarnaast verdiepte ze zich in de Traditional Chinese Medicine (TCM) om te zien, wat deze vorm van geneeswijze zangers, musici en topsporters kan bieden om sneller te herstellen na een intensieve concert- en trainingsperiode. In die context breidde ze haar praktijk uit met Acupunctuur Centrum Qi Clinic.
Rosina Fabius
Rosina Fabius deed in 2016 haar afsluitende recital voor haar Master of Music aan het Utrechts conservatorium bij Henny Diemer. Tijdens haar Master studeerde zij één jaar aan de Universität für Musik und Darstellende Kunst Wien (MDW) bij Prof. Claudia Visca en Prof. Gabriele Fontana. Rosina wordt momenteel gecoacht door sopraan Rosemary Joshua.
In Nederland heeft Rosina met Studio 32 Utrecht in verschillende opera producties opgetreden, o.a. op het Grachtenfestival Amsterdam. Zij was bij Holland Opera te horen in de productie ‘Orfeo Underground’, waar zij de rollen Messagiera en Speranza op zich nam. Bij de Operadagen Rotterdam zong zij zowel in de operaproductie ‘Orfeo’s night song’ als een solo recital voor de Operadagen Thuis.
Bij de Nationale Opera heeft Rosina deelgenomen aan verschillende talentontwikkelingsprojecten waar zij workshops en masterclasses volgde bij o.a. dirigent Christophe Rousset en mezzosopraan Sarah Connolly.
Naast opera treedt Rosina in binnen- en buitenland regelmatig op als soliste in oratoria en concerten. Zo werd zij uitgenodigd om als soliste de Matthäus Passion te zingen bij het International Bach Festival in Gran Canaria en is zij een vaste gast in barok programma’s bij het ensemble The London Octave (UK). Dit jaar debuteerde zij in in het Concertgebouw als soliste in de tweede symfonie van Mahler o.l.v. Bas Pollard.
Tevens geeft Rosina graag liedrecitals met haar pianiste Kanako Inoue. In kamermuziekseries treed zij op met o.a. het ARTO ensemble en het Fabius ensemble.
Ruth Willemse
Ruth Willemse studeerde aan het Conservatorium van Amsterdam en aan het Prins Claus Conservatorium waar zij in 2013 haar Master zang afrondde.
Bij de Nationale Opera & Ballet maakte ze als Maddalena in Reimsreisje (naar Il Viaggio a Reims) in 2015 haar debuut. Bij de Nederlandse Reisopera zong ze de rol van Kate Pinkerton in Madama Butterfly, Berta in Il Barbiere di Siviglia en Old Lady in een pocket versie van Bernsteins Candide. Ze vertolkte Miss Todd in The Old Maid and the Thief (2011), Concepcion in L’heure Espagnole (2012), Ciesca in Gianni Schicchi (2010). Ze zong Cornelia in Giulio Cesare o.l.v. Michael Chance en maakte in 2016 haar debuut in de NTR Matinee als Madre di Cio Cio San in Madama Butterfly.
Ruth is regelmatig te horen in liedrecitals, op festivals als het Grachtenfestival en het Peter de Grote Festival en op het concertpodium waar zij de mezzo of altpartijen zingt uit het concertrepertoire zoals bijvoorbeeld de Matthäus Passion, de Messiah, het Requiem van Mozart, de Harmoniemesse van Haydn, het Oratorio de Noel van Saïnt – Saëns, Sea Pictures van Elgar en de Rückert Lieder van Mahler.
Yvonne Kok
Yvonne Kok voltooide in 2010 haar studie aan het Conservatorium van Amsterdam en wordt sinds 2012 regelmatig gecoacht door Ira Siff.
Daarnaast volgde Yvonne lessen en masterclasses bij onder andere Jard van Nes, Bernarda Fink, Nelly Miricioiu, Margreet Honig, William Matteuzzi, Emma Kirkby, David Wilson-Johnsson, Udo Reinemann, Geert Smits, Claron McFadden, Pierre Mak en Maarten Koningsberger.
Als soliste verleende Yvonne medewerking aan uitvoeringen van diverse oratoria en cantates in binnen- en buitenland, zoals de Matthäus Passion, Johannes Passion, en de Hohe Messe van Bach, de Krönungsmesse en het Requiem van Mozart, Rossini’s Petite Messe Solennelle, het Gloria en Magnificat van Vivaldi, de 9e symfonie van Beethoven, het Requiem van Duruflé, het Stabat Mater van Pergolesi en diverse Bachcantates. Hierbij werkte zij o.a. samen met Het Gelders Orkest, Sinfonia Rotterdam en the State Philharmonic Orchestra of Sibiu (Roemenie). In januari 2010 zong zij als gast bij “Dutch National Opera Academy” de rol van Mrs. Herring in Britten’s Albert Herring. Daarnaast zong zij meerdere malen tijdens het festival Opera aan Zee, waaronder de rol van Bastien in Mozart’s Bastien und Bastienne (2009), de rol van Ruggiero in scenes uit Alcina van Händel (2010) en de rol van Olga in scenes uit Onegin van Tchaikovsky (2011). In april 2012 vertolkte zij binnen de RAP van de Nederlandse Reisopera de rol van Marcellina in een bewerkte versie van Mozart’s Le Nozze di Figaro.
Ook het lied heeft Yvonnes grote belangstelling. Met Frans van Ruth voert zij regelmatig liederen uit van Nederlandse componisten, onder wie Diepenbrock, Piet Ketting, Matthijs Vermeulen en Leander Schlegel. Yvonne gaf recitals in onder andere de kleine zaal van het Concertgebouw, de grote zaal van het Muziekgebouw aan ’t IJ (voorprogramma serie Grote Zangers), concertzaal de Harmonie in Leeuwarden en op het Peter de Grote Festival. In de zomer van 2009 werkte zij aan het Franz-Schubert-Institut in Baden bei Wien met gerenommeerde specialisten op het gebied van lied en liedbegeleiding, zoals Robert Holl, Rudolf Jansen, Julius Drake, Edith Wiens, Walter Moore, Wolfram Rieger en Helmut Deutsch.
Yvonne maakt als freelancer deel uit van het koor van de Nationale Opera. Daarnaast maakt zij deel uit van het ensemble Animoso waarmee zij op dit moment met een theatrale familievoorstelling door het land optreedt.