Amaryllis Dieltiens

Amaryllis Dieltiens studeerde zang aan het Lemmensinstituut te Leuven bij Lieve Vanhaverbeke. Voorts studeerde zij aan het Conservatorium van Amsterdam bij Margreet Honig. Een tweejarige opera-specialisatie volgde aan De Nederlandse Opera Academie waar zij in 2006 cum laude afstudeerde.

Na succesvolle vertolkingen van o.a. Morgana (Alcina – G.F. Händel), Tytania (A Midsummer Night’ s Dream – B. Britten) en Nella (Gianni Schicchi – G. Puccini) tijdens haar opleiding, werd zij een veelgevraagde zangeres in diverse opera’s. Ze zong in haar jonge carriëre Belinda en second woman (Dido & Aeneas – H. Purcell), Zaïde in de gelijknamige opera van W.A. Mozart. In 2009 debuteerde zij aan de Nationale Reisopera in Hippolyte & Aricie als Prêtresse & Chasseresse. In 2011 zong zij de rol van Angelica in Orlando van G.F. Händel olv Jan Willem de Vriend.

Amaryllis zong olv o.a. Richard Egarr, Alexander Rodin, Jos Van Veldhoven, Michel Tilkin, Erik Van Nevel.
In concert was ze te horen met grote orkesten als o.a. Bergen Philharmonic Orchestra, Residentie Orkest, Nederlands Philharmonisch Orkest, De Nederlandse Bachvereniging, Noord Nederlands Orkest, en ensembles als Combattimento Consort Amsterdam en Apollo Ensemble.

Haar repertoire reikt van de vroege barok tot en met de 20ste eeuw en bracht haar op diverse grote festivals en concertzalen zoals Festival Van Vlaanderen, Festival Oude Muziek, Grachtenfestival, Concertgebouw Amsterdam, BOZAR, Theater Bonn, Theaterhaus Gesnerallee Zürich, Festival de Otono Madrid.

Arleen van Wijland

Sopraan Arleen van Wijland behaalde in 2001 haar diploma klassiek solozang aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag waar zij werd gecoacht door Maria Acda. Ze volgde lessen en masterclasses bij o.a. Diane Forlano, Barbara Pearson, Lucienne Bouwman en Meinard Kraak.

Na haar opleiding heeft Arleen veel in professionele koren en ensembles gezongen. Ze maakt deel uit van Bachkoor Holland en het koor van de Nationale Reisopera en werkt met dirigenten als Roy Goodman, Jan Willem de Vriend en Gijs Leenaars.

Van daaruit heeft ze zich verder ontwikkelt als solist en wordt ze regelmatig gevraagd in het oratoriumvak bij verschillende koren en orkesten. Zo trad ze meerdere keren op als solist in samenwerking met het Concertgebouw Kamerorkest en het Holland Symfonie Orkest. Ook soleerde ze o.a. met The Bach Choir of the Netherlands in de Matthäus Passion van Bach en het Requiem van Mozart, met Toonkunstkoor Hilversum zong ze o.a. The Armed Man (a mass for peace) van Jenkins en Messiah van Handel en met het Nieuwegeins Kamerkoor het Magnificat van Rutter.

Ook in de meer intieme setting van de kamermuziek is Arleen actief. Ze verzorgt liedrecitals samen pianist Charlie Bo Meijering en ze maakt deel uit van het Bernini ensemble (sopraan, mezzosopraan, (kist-)orgel en cello). Het Bernini ensemble focust zich op prachtige Italiaanse Barok muziek en geeft kamermuziekconcerten door heel Nederland.

Bauwien Van Der Meer

Bauwien van der Meer studeerde aan het Koninklijk Conservatorium bij Sasja Hunnego, die haar nog steeds coacht. Daarnaast neemt Bauwien les bij Gemma Visser. Haar Master’s haalde ze aan de Nieuwe Opera Akademie. Voor deelname aan de postmasteropleiding van het VocaalLAB kreeg ze een beurs van het Prins Bernhard Cultuurfonds. Bauwien van der Meer volgde masterclasses bij onder meer Claron McFadden, Barbara Hannigan, Olaf Bär, Jard van Nes en Rudolf Jansen.

Bauwien van der Meer zingt vooral veel hedendaagse muziek en met name muziektheater en opera, in binnen- en buitenland: In het Holland Festival 2011 zong zij de titelrol in The Cricket Recovers van Richard Ayres in een regie van Pierre Audi met het Asko/Schoenberg ensemble onder leiding van Etienne Siebens. Op de Ruhrtriënnale van 2009 (Willy Decker intendant) zong ze in Autland van Sergej Newski de rol van Klara; ze vertolkte een hoofdrol (Bärin) in de première van de opera Colourful Penis van Maria de Alvear op het Dresden Festival of Contemporary Music met ensemble Klangart (2008). Ter ere van zijn zeventigste verjaardag zong ze in Louis Andriessens De Staat met het Nederlands Blazers Ensemble tijdens de BBC Proms in de Royal Albert Hall (2009). Zij zong ook enige premières van werken van Daan Manneke. Schönbergs Pierrot Lunaire voerde ze onlangs uit met Ensemble 88. Deze uitvoering is te beluisteren op youtube. Maar ook zingt zij samen met het vocaal kwartet Quatre Bouches het concert- en oratoriumrepertoire.

Caroline Stam

Caroline Stam studeerde zang aan het Sweelinck Conservatorium Amsterdam bij Erna Spoorenberg en Margreet Honig. Zij behaalde het diploma Uitvoerend Musicus na haar studie Docerend Musicus cum laude te hebben afgesloten.

Masterclasses volgde zij bij Lieuwe Visser, Bernard Kruysen, Elly Ameling en Sarah Walker. Momenteel volgt zij lessen bij David Pittman-Jennings te Parijs.
In 1995 behaalde zij de 1e prijs voor sopraan op de “Grimsby International Competition for Singers” te Grimsby (Engeland), alsmede de 1e prijs voor de vertolking van het Franse lied.

Caroline Stam concerteerde in Nederland, Engeland, Frankrijk, Spanje en Duitsland tijdens festivals als Les Festivals du Trégor, La Folle Journée de Nantes, het Festival du Picardie, het Dollardfestival en het Bremer Bachfest, onder dirigenten als Robert King, Ivan Fischer, Patrick Peire, Benjamin Ashkenazy, Sir David Willcocks, Charles de Wolff en Ton Koopman.

Operarollen die zij tot op heden uitvoerde waren :
Pamina (Zauberflöte) in een productie met highlights, Koningin (Een Job van onze tijd van Wim de Ruiter), Knabe (Elias in scenische uitvoering), Clarijn (Spiegel van Venetie van Hendrik Andriessen ), Nimfa ( Orfeo van Monteverdi ) en in concertuitvoeringen Dorinda ( Orlando Furioso van Händel) en Hélène ( Une éducation manquée van Chabrier).

Sinds 1994 verzorgt Caroline Stam regelmatig liederenrecitals voor de vereniging “Vrienden van het Lied”, in samenwerking met de pianist Dido Keuning.

Zij verleende solistische medewerking aan de CD-opnamen van Purcell’s Fairy Queen en diverse Bach-cantates, waaronder de serie complete opnamen van de Bach-cantates en zij soleerde tevens in Ton Koopman’s reconstructie van Bach’s Markus Passion, alles met het Amsterdam Baroque Orchestra and Choir onder leiding van Ton Koopman.

Charlotte Houberg

Sopraan Charlotte Houberg heeft haar conservatoriumstudie in Den Haag CUM LAUDE afgesloten. In 2016 maakte ze haar debuut bij de Nationale Opera & Ballet als 1e Heks bij de première van The Theater of the World – Louis Andriessen, o.l.v. Reinbert de Leeuw met het ASKO|Schönberg ensemble, die in Los Angeles (Walt Disney Concert Hall) en Carré Amsterdam werd opgevoerd.
Ze zong de rollen van L’Amour (Cadmus et Hermione – Lully), Zerlina (Don Giovanni – Mozart), Bess (Porgy & Bess – Gershwin) met het Philips Symfonie Orkest o.l.v. Jules van Hessen en Frasquita (Carmen – Bizet). Ze heeft met het Rotterdams Philharmonisch Orkest o.l.v. Lahav Shani een Russisch soloprogramma gezongen. Bij Holland Opera heeft ze Elize gezongen in Tschaikovsky’s Zwanenmeer (arr.). Hiermee heeft ze in ’19, ‘20 en ’22 vele voorstellingen gegeven. Daar heeft ze ook in de kinderproductie Eendje Buitenbeentje gezongen die op tournee ging naar Denemarken.

In het eerste half jaar van 2022 maakte zij haar debuut maken als Donna Anna uit Don Giovanni van Mozart, op tournee met Holland Opera, zong zij de Messiah van Händel met de Nederlandse Händelvereniging en speelde zij een operazangeres in een internationaal uit te brengen speelfilm.

Charlotte heeft een tournee door Nederland gemaakt met Sinfonia Rotterdam: een finaleprijs die ze won tijdens het SJMN Concours. Ze zong solo met het Gelders orkest, Zuid-Holland Symfonie Orkest, CREA orkest, Maestro Jules Orkest en Philips Symfonie Orkest. In Amman, Jordanië, heeft ze o.l.v. Vincent de Kort Miroir de Peine van H. Andriessen laten horen met het Amman Orchestra.

Ze is veelgevraagd voor kamerconcerten en liedrecitals. Zo stond ze o.a. de kleine zaal van het Concertgebouw, TivoliVredenburg, Muziekgebouw aan ’t IJ, Vondelpark Openluchttheater, Stedelijk Museum Amsterdam, Hermitage Amsterdam en de Stadsschouwburg Utrecht. Naast opera en lied is ze ook een veelgevraagde soliste voor oratoria. Zo zong ze met dirigent Boudewijn Jansen en Concertgebouw Kamerorkest het Weihnachtsoratorium.

Charlotte was te gast bij het tv-programma ‘De Tiende van Tijl” en “Proefkonijnen”. Ook was ze op de tv te zien tijdens het Grachtenfestival 2013 voor NTR Podium Live. Ze is regelmatig te gast op NPO Radio4.

Op social media is ze fanatiek bezig om klassieke muziek en opera bij een jonger publiek onder de aandacht te brengen.

Charlotte Janssen

Sopraan Charlotte Janssen startte in 2008 de opleiding Klassiek Solozang bij Xenia Meijer aan het Fontys Conservatorium te Tilburg. In 2014 studeerde ze cum laude af aan Dutch National Opera Academy te Amsterdam en Den Haag bij o.a. Peter Nilsson en Ira Siff. Ze volgde masterclasses en lessen bij Rudolf Jansen, Dennis O’Neill, Patricia MacMahon, Nelly Miricioiu en Dame Kiri Te Kanawa.

In 2013 nam zij deel aan de IVC Wagner Academy in ‘s-Hertogenbosch, waar ze werkte met Nadine Secunde en Wolfgang Brendel. Voor de zomer van 2015 is haar het prestigieuze Stipendium voor de Bayreuther Festspiele toegekend door het Wagnergenootschap Nederland.

Als soliste verleende zij medewerking aan oratoria als Johannes-passion van Bach, Petite Messe Solennelle van Rossini, Requiem van Verdi en Stabat mater van Dvorak in binnen- en buitenland. Ook zong ze in o.a. het Concertgebouw in Amsterdam de sopraansolo in de 4e symfonie van Mahler en orkestliederen van Schönberg onder leiding van Libia Hernandez.

Charlotte is regelmatig te gast in programma’s op radio en televisie. Zo was zij te zien in “De tiende van Tijl”, “Maestro Jules onthult” en “Podium Witteman”, te beluisteren in o.a. Opium en Podium op Radio4 en sprak zij de rol van Fanny in het vrij onbekende werk “Intermezzo” van Strauss in de Zaterdagmatinee, dat live op Radio4 werd uitgezonden.

Samen met Arthur Jussen vertolkte zij Schubertliederen op recitals in 2015 en 2016.

Met pianist Mark van Nispen verzorgt zij regelmatig liedrecitals. Samen speelden zij liederen van componisten als Brahms, Schumann, Rachmaninov, Strauss, Duparc, Strauss en Copland. Ze behaalden de finale van het Musico-Liedconcours te Amsterdam (2011) en wonnen in de finale van ‘De Toonzaal chamber music contest’ te Den Bosch de publieksprijs (2012).

Op haar opera repertoire staan rollen als Female chorus in The rape of Lucretia van Britten (regie van Timothy Nelson), Marcellina in Le nozze di Figaro (regie van Floris Visser en Alexander Oliver en onder leiding van Richard Egarr), Fiordiligi in Cosi fan tutte (onder leiding van Antony Hermus met het Residentieorkest en in regie van Lotte de Beer) en Silvia Lombardi in Die stumme Serenade van Korngold (onder leiding van Etienne Siebens). Ook voerde scènes uit van de titelrol in Anna Bolena van Donizetti en 1e Dame uit Die Zauberflöte. Het afgelopen jaar heeft ze zich toegelegd op groter repertoire en zong ze Santuzza in Cavalleria Rusticana van Mascagni en Abigaille uit Nabucco van Verdi.

Claudia Couwenbergh

Claudia Couwenbergh (1975) studeerde aan het Maastrichts Conservatorium bij Ingrid Kappelle en Barbara Schlick en nam deel aan de operaklas. Momenteel wordt zij gecoacht door zangpedagoge Gemma Visser.
Ze volgde diverse masterclasses bij o.a. Elly Ameling, Rudolf Jansen, Roberta Alexander, Rudolf Piernay en Semyon Skigin, oude muziek bij Kai Wessel en Konrad Junghänel en werkte met Willy Decker in de Jekerstudio te Maastricht.

Claudia zong o.a. de rol van Fiordiligi uit Mozarts “Cosi fan tutte”, Erste Dame en Pamina uit Die Zauberflöte, Rosalinde uit Fledermaus, Micaëla uit Carmen, Belinda uit Dido & Aeneas en Monica uit The Medium en speelde de rol van Buhlschaft in het toneelstuk Jedermann.

Ze zong onder andere met de Wiener Akademie, Florilegium Musicum, Beethoven Orchester, Bochumer Symphoniker, Noord Nederlands Orkest, Limburgs Symfonie Orkest, Barockorchester L’arpa festante (München), Kölner Barockorchester, Orchestre Paul Kuentz (Parijs), Collegium Ad Mosam. En werkte met dirigenten als Reinbert de Leeuw, Paul Goodwin, Martin Haselböck, Martin Sieghart, Stefan Vladar, Ed Spanjaard, Hans Leenders, Dmitri Jurowski, Ivo Venkov, Helmut Müller-Brühl.

Naast het opera- en concertrepertoire, heeft zij een grote liefde voor het lied en moderne composities. Dit leidde o.a. tot een concert in het geboortehuis van J.S. Bach te Eisenach, twee liedrecitals te Dubai en had ze de eer in 2004 een liedprogramma te presenteren voor Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden.

Ze maakt deel uit van het Barokensemble Agimont en een opname van de Matthäus Passion van J.S.Bach o.l.v. Helmut Müller-Brühl is bij Naxos wereldwijd uitgekomen.

Claudia Patacca

Sopraan Claudia Patacca studeerde cum laude af aan het ArtEZ conservatorium in Enschede, won de Tubantia Prijs, waarna ze verder studeerde aan het Internationaal Opera Centrum Amsterdam. Claudia draagt het oratoriumvak een warm hart toe en is dan ook een welkome gast bij de vele oratoriumkoren die Nederland rijk is. Ze debuteerde met het Gloria van Poulenc tijdens haar studie in het Muziekcentrum Enschede. Haar opera debuut vond plaats in 1994 in Het Concertgebouw tijdens het Holland Festival met Le Roi Arthus van Chausson olv Edo de Waart. Daarna volgden uitnodigingen van ondermeer De Nederlandse Opera, Nationale Reisopera, Opera Zuid, ZaterdagMatinee en diverse internationale operahuizen (o.a. Frankfurt, Halle, De Munt in Brussel) met rollen als Elettra (Idomeneo), Donna Anna (Don Giovanni), 1ste Dame (Die Zauberflöte) Violetta (La Traviata), Rosalinde (Die Fledermaus), en Blumenmädchen (Parsifal). Hoogtepunten waren concerten/ operaproducties met dirigenten als Simon Rattle, Antonio Pappano, Carlo Rizzi, Claus Peter Flor, Marc Soustrot, Ed Spanjaard, Jaap van Zweden, Jan Willem de Vriend, Jed Wentz en Ton Koopman.

Claudia heeft een bloeiende concertpraktijk opgebouwd en trad op met bijna alle Nederlandse beroepsorkesten met ondermeer werken van Brahms (Ein Deutsches Requiem), Martin (Golgotha en Le Mystère de la Nativité), Beethoven (o.a zijn 9de), Haydn (o.a. Die Schöpfung), Bach (o.a. Weihnachtsoratorium, Hohe Messe, Matthäus Passion), Schubert (Messe in As). Daarnaast gaf ze met veel succes concerten in Heraklion (Kreta), Moskou, Kyoto, Osaka, LA, Graz, Engeland, Italië, Duitsland, Polen, Frankrijk België.

Recentelijk was ze te horen in het Gloria van Poulenc met het Radio Filharmonisch Orkest olv Hans Graf in ondermeer de Zondagochtendconcertserie in het Concertgebouw Amsterdam, het Weihnachtsoratorium en The Messiah olv Klaas Stok, de 14de Symfonie van Shostakovitsj met De Nieuwe Philharmonie Utrecht olv Johannes Leertouwer, als Rosalinde in Die Fledermaus (Orkest vh Oosten), als Elettra in Idomeneo in Heraklion, Donna Anna in Don Giovanni in Odessa, Nederland en België, Madame Silberklang in Der Schauspieldirector van Mozart (Orkest van het Oosten), Eleonora in Salieries Prima la Musica e poi le Parole (Combattimento Consort Amsterdam) en Ortlinde in Wagners Die Walküre (Nationale Reisopera olv Ed Spanjaard). De unieke dubbel CD ‘Mélodies et Chanson‘ met het integrale lied oeuvre van Arthur Honegger, uitgebracht door het Amerikaanse label Centaur Records, wordt in april gepresenteerd met een drietal recitals in Enschede en Amsterdam.

Claudia is tevens verbonden als hoofdvakdocent klassieke zang aan het ArtEZ Conservatorium.

Fenna Ograjensek

Fenna Ograjensek, sopraan, studeerde eerst klassieke zang en opera aan het Maastrichts’ Conservatorium bij Yvonne Schiffelers en vervolgde haar studie aan The Juilliard School in New York bij Edith Bers waar ze haar graduate diploma behaalde. Momenteel wordt Fenna gecoacht door Gemma Visser.

Tijdens haar studie volgde Fenna masterclasses bij Leontyn Price, Rudolf Piernay, Malcom Martineau, Thomas Hampson en Marilyn Horne.
Fenna was twee jaar verbonden aan de Florida Grand Opera in Miami waar zij als Young Artist verschillende rollen vertolkte. Tegenwoordig werkt zij als freelance zangeres. Zo werkte zij samen met Opera Zuid, Central City Opera, Opera Omaha, New Jersey Opera Theater, Zomeropera Alden Biesen, Holland Opera, Opera Spanga en het Théâtre du Capitole in Toulouse.
Naast opera zingt Fenna vele concerten. Haar repertoire omvat vele grote werken zoals het Requiem van Verdi, de 9e Symfonie van Beethoven, 2e Symphonie van Mahler en onlangs was zij te horen in een overvolle Berliner Dom in het Requiem van Dvorak. Haar debuut in Carnegie Hall, New York als solist in het requiem van Mozart was zeker ook een hoogtepunt.

Verder zong zij een aantal keren voor Aldeburgh Music, gaf recitals in Alice Tully Hall in New York, was deelnemer aan het beroemde Marlboro Music Festival in Vermont en is een veelgevraagde solist van het ORSO Symphony Orchestra..

Fenna heeft samengewerkt met dirigenten als Laurence Cummings, Ed Spanjaard, Masaaki Suzuki, Bernhard Kontarsky, Steward Robertson, Jan Stulen, Robert Hollingworth, Steuart Bedford, Steven Mosteller, John Moriarty, David Jackson en vele anderen.

In 2012 was zij bij Opera Zuid als 1e Dame in Mozart’s Die Zauberflöte te horen. Daarnaast was Fenna te horen zijn bij Collectivum Musonia op het Grachtenfestival te Amsterdam in ‘Puccini Passionel’, waarin dagelijkse dialogen uit het leven van twee zangers verweven raken met de gebeurtenissen uit de passievolle opera’s van Puccini.
Voorjaar 2013 zong Fenna één van de hoofdrollen (Nedda) in ‘I Pagliacci’ o.l.v. Per-Otto Johansson bij Opera Zuid.

Hanneke De Wit

Sopraan Hanneke de Wit studeerde aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en vervolgde haar studie aan De Nieuwe Opera Academie. In 2003 sloot zij deze studie cum laude af met onderscheiding voor muzikaliteit.

Daarna vertolkte Hanneke de Wit diverse rollen waaronder: Euridice in Glucks Orfeo ed Euridice met het Orkest van het Oosten,Pamina in Mozarts Zauberflöte in de Amsterdamse RAI, Contessa in Mozarts Le Nozze di Figaro met het Gelders Orkest en Eerste Dame in Mozarts Zauberflöte met het Combattimento Consort. In het Grachtenfestival van 2008 zong zij de hoofdrol in de opera Der Vampyr van Marschner. In 2009 zong zij bij de Reisopera de rollen van Grande Pretresse in Rameau’s Hippolyte et Aricie o.l.v. Jed Wentz en Woglinde in de succesvolle productie Wagners Rheingold o.l.v. Ed Spanjaard. Zij zal in deze rol terugkeren voor de Götterdämmerung in 2012.

In 2007 maakte Hanneke de Wit haar debuut bij het Koninklijk Concertgebouw Orkest in Bruckners Derde Mis in f-klein o.l.v. Philippe Herreweghe. Afgelopen jaar maakte zij tournees met het Requiem van Mozart (Brabants Orkest o.l.v. Jan Willem de Vriend) en met Die Schöpfung van Haydn (Orkest van de achttiende eeuw o.l.v. Frans Brüggen). Met Brüggen zong zij in 2009 ook in de Zaterdag Matinee in Haydns Nelson Mis. Eerder zong zij in de Matinee Bachs Magnificat o.l.v. Peter Dijkstra.

In 2008 gaf zij een liedrecital in de serie ‘Jonge Nederlanders’ van het Concertgebouw, begeleid door de Duitse pianist Alexander Schmalcz. In 2009 hebben zijn samen liederen van Richard Strauss opgenomen op cd.

In 2004 won Hanneke de Wit het prestigieuze Cristina Deutekom Opera Concours. Tijdens het Internationale Vocalisten Concours in Den Bosch in 2006 werd haar de Caroline Kaart Prijs voor de beste Nederlandse zangeres toegekend.

Dit seizoen zingt Hanneke de sopraan partij uit de Johannes Passion in de geënsceneerde productie van regisseur Dale Duesing bij de Reisopera.
Zij studeerde ook Duitse Taal en Letterkunde aan de Universiteit Leiden. De combinatie met deze studie heeft tot veel concerten met Duitse componisten, gedichten en onderwerpen geleid.
Hanneke de Wit wordt de afgelopen jaren begeleid door Margreet Honig.

Heleen Koele

HELDER, WARM, FLEXIBEL EN VEELZIJDIG.
Woorden die vaak genoemd worden als het gaat over het zingen van Heleen Koele.
Zij beweegt zich op alle terreinen van haar vak.
Of het nu gaat om een oratorium, een opera, een lied of om ensemblezang; alles met hart en ziel.

ORATORIUM
Heleen Koele werkte als solist met orkesten als Concerto ‘d Amsterdam (2008, 2009),
Amsterdam Sinfonietta (2000, 2008, 2010) en het Combattimento Consort (2000, 2009).
De flexibiliteit van haar stem maakt dat Heleen wordt gevraagd voor uiteenlopend repertoire, zoals de passies van Bach, het Requiem van Brahms, het Requiem van Verdi of van Tippett “A child of our time“.
De pers over het Requiem van Brahms o.l.v. Marcus Creed “de meeste warmte werd tentoon gespreid door de sopraan Heleen Koele. Haar goudgerande stem liet het “Ihr habt nun Traurigkeit” gloeien, zeldzaam en intens“ (De Telegraaf).

OPERA
Naast dramatische rollen als Suor Angelica (Puccini) en Euridice (Gluck) ontdekte Heleen Koele haar komisch talent in de natuur van Friesland: 2008 Fra Diavolo (Aubert), 2009 Il Pittore Parigino (Cimarosa), augustus 2010 Figaro, naar Le Nozze di Figaro van Mozart.

LIED
Samen met haar vaste pianist Steven Faber vormt Heleen een duo.
Rondom een bepaald thema, bijvoorbeeld “wat doen verschillende componisten met dezelfde tekst” worden liedrecitals gegeven door het hele land.
Uitgegeven CD: “I am a person too“ met liederen over de jeugd.
Met het Jeugd Orkest Nederland o.l.v. Jurjen Hempel zong Heleen de Vier Letzte Lieder van Richard Strauss.

Heleen maakt sinds 1998 deel uit van het Nederlands Kamerkoor.

Janneke Stoute

Op vierjarige leeftijd begon Janneke Stoute met vioolspelen. Zij heeft van 2007 tot 2012 op de Sweelinck Academie van het Conservatorium van Amsterdam les gehad van Reinette Thiadens.
Een aantal jaar later werd zij ook toegelaten op de Koorschool Haarlem. Ze zong hier in de soloklas o.l.v. Sarah Barrett en maakte deel uit van het Kathedrale Koor St. Bavo. Janneke heeft vier jaar zangles gehad bij Sasja Hunnego via het Conservatorium van Amsterdam en heeft haar studie afgerond bij Rita Dams aan het Koninklijk Conservatorium van Den Haag. Daarnaast heeft zij masterclasses gevolgd bij o.a. Maarten Koningsberger, Alexander Oliver en Margreet Honig.
Janneke zingt een breed scala aan repertoire, met een focus op oude muziek en moderne muziek. Ze wordt regelmatig gevraagd als concertsolist. Haar repertoire bevat onder andere het Mozart Requiem, het Requiem van Fauré en Rutter, de Matthäus Passion, het Weihnachtsoratorium en verschillende andere Bach Cantates. Daarnaast zingt ze bij meerdere ensembles, waaronder het Apollo Ensemble en Le Nuove Musiche.
Naast een solo carrière houdt Janneke zich bezig met het toegankelijker maken van klassieke muziek. Ze heeft workshops gegeven aan vrouwen in kwetsbare situaties, dak- en thuisloze mensen en aan kinderen in het basisonderwijs.

Jeannette van Schaik

Sopraan Jeannette van Schaik behaalde haar diploma klassiek zang cum laude aan het Conservatorium van Amsterdam en is recentelijk afgestudeerd aan de prestigieuze Dutch National Opera Academy.

Een van Jeannette haar meest geprezen optredens was als Donna Anna in Mozart’s Don Giovanni.

Zij maakte haar debuut bij De Nationale Opera als 1e Madrigalist in Puccini’s Manon Lescaut. Daarop volgde meteen haar internationale roldebuut als Mimì in Puccini’s La Bohème in het Grand Théâtre de Luxembourg. Verder zong zij rollen als Contessa (Le Nozze di Figaro), 1e Dame (Die Zauberflöte), Dido (Dido and Aeneas), Click (The Mother of Black Winged Dreams), Gretel (Hänsel und Gretel), Governess (The Turn of the Screw), Pamina (Die Zauberflöte) en Violetta (La Traviata). Ook maakte zij drie roldebuten in de NTR ZaterdagMatinee, Wheel of Fortune Woman in Delius’ A Village to Romeo and Juliet, Das Mädchen in Schreker’s Die Gezeichneten en Anna in Verdi’s Nabucco.

Tot haar concertrepertoire behoren onder andere de Messa da Requiem van Verdi, Gloria van Poulenc, Petite Messe Solennelle van Rossini, 9e Symfonie van Beethoven, Krönungsmesse en Requiem van Mozart, Messiah van Händel, Ein Deutsches Requiem van Brahms, Stabat Mater van Pergolesi en het Weihnachtsoratorium en de Johannes en Matthäus Passion van J.S. Bach.

Jeannette heeft samengewerkt met dirigenten als Sir Mark Elder, Giancarlo Andretta, Antony Hermus, Karel Deseure, Clark Rundell, Huba Hollóköi, Alexander Joel en Markus Stenz en regisseurs zoals Javier Lopéz Piñón, Andrea Breth, David Prins, Sybrand van der Werf, Alexander Oliver en Waut Koeken.

Aankomend seizoen zal zij onder andere haar debuut maken als Ellen Orford in Britten’s Peter Grimes bij Wad Opera en zal zij Strauss’ Vier letzte lieder vertolken in samenwerking met Camerata RCO.

Jeannette was finaliste in de ByVoice competitie (Londen) en heeft in 2018 het Bayreuth Stipendium mogen ontvangen van het Wagnergenootschap Nederland.

Judith Sportel

Judith Van Wanroij

De Nederlandse sopraan Judith van Wanroij studeerde bij Margreet Honig aan het Conservatorium van Amsterdam en aan de De Nederlandse Opera Academie. Ze won de eerste prijs bij de Erna Spoorenberg Vocalisten Presentatie en nam deel aan de Jardin des Voix 2005 (Les Arts Florissants). Ze maakte haar operadebuut met de titelrol La Périchole. Haar repertoire vermeldt onder meer Musetta in La Bohème, Karolina in Dvê Vdovy, Drusilla/Virtù/Damigella/Valletto in L’Incoronazione di Poppea (Opéra de Lyon, Liceu Barcelona, DNO), Julia in Der Vetter aus Dingsda (De Nieuwe Nederlandse Operette), Belinda in Dido and Aeneas (Wiener Festwochen, Festival Aix-en-Provence, Opéra Comique, DNO), Echo in Ariadne auf Naxos (Teatro Real Madrid), Rossweisse in Die Walküre (Vlaamse Opera), Thisbé in Pirame et Thisbé (Angers Nantes Opéra), Madrigaux (Festival Aix-en-Provence, DNO), Psyche in Kreneks Orfeo und Eurydike (Teatro Real Madrid), Ilia in Idomeneo (Opéra de Nancy, DNO, Théâtre de Caen, Luxembourg Opéra), Despina Cosi fan Tutte (Festival de Aix-en-Provence, Luxembourg Opéra), Cléone/Suivante/Ombre in Castor et Pollux (DNO), Female Chorus in Rape of Lucretia (Angers Nantes Opéra), Maritorne in Don Chisciotte di Sienna Morena (DNO), Donna Elvira in Don Giovanni (DNO), Emilie/Fatime Les Indes Galantes (Théâtre du Capitole Toulouse).

Julia Neumann

Klaartje van Veldhoven

Klaartje wordt geprezen vanwege haar heldere stemgeluid, haar avontuurlijkheid en integere interpretaties. Zij was al vanaf jonge leeftijd te horen op de concertpodia in binnen- en buitenland. Klaartje studeerde in Zwitserland en Nederland aan de Schola Cantorum te Basel en het Koninklijk Conservatorium te Den Haag.

In 2016/2017 werd zij gevraagd als Artist in Residence in de Stadsgehoorzaal in Leiden met 3 programma’s, zoals een cd-presentatie van haar nieuwe cd “Normal gets you nowhere”, een Kerstpassie voor gezinnen (eindregie Annechien Koerselman) waar ze zelf teksten voor schreef, en een concert/lezing samen met Liza Ferschtman. Ook werkt ze regelmatig samen met musici als Rembrandt Frerichs, Erik Bosgraaf, Mike Fentross, Cecilia Bernardini en Antoinette Lohmann.

De Kerstpassie speelde in 7 grote zalen in Nederland en zal dit jaar in reprise gaan.

Zij toerde door Europa met het European Union Baroque Orchestra o.l.v. Christina Pluhar. Ze zong als soliste bij het Residentie Orkest, de Nieuwe Philharmonie Utrecht o.l.v. Johannes Leertouwer, Ton Koopman, Sigiswald Kuijken en the Spirit of Gambo. Klaartje houdt ook van muziektheater en deed daarom ook producties met theatergezelschap Stella Den Haag, Barokopera Amsterdam, het Vocaallab en muziektheater Hollands Diep.

Klaartje heeft meegewerkt aan verschillende CD-producties, om er een paar te noemen: Die Hohe Messe van J.S. Bach, met de Nederlandse Bachvereniging, King Arthur van H. Purcell met Barokopera Amsterdam, La Ressurezione en Aminta en Fillide van Händel, beide met Contrasto Armonico. In 2010 heeft zij een cd opgenomen met het Stabat Mater van Pergolesi, in de Nederlandse vertaling van Willem Wilmink, met de Nieuwe Philharmonie Utrecht. Deze cd kreeg een 10 in de “Luister”.

Haar debuut-cd: “Komm in mein Herzenshaus” met aria’s voor sopraan van J.S. Bach voor barokensemble en accordeon kwam in 2013 uit. Dit album werd zeer goed ontvangen door de Nederlandse pers. In september 2014 kwam haar 2^e cd uit bij Harmonia Mundi; “Songs of Clarity”, met repertoire van Purcell en Byrd met het Amstel Saxofoonkwartet.

Ze houdt van de uitdaging van klein bezette projecten. Zo neemt ze deel aan projecten van de Nederlandse Bachvereniging als ripieno zanger, was ze te gast bij het Norsk Solistkoret, o.l.v. Grete Pedersenen, le concert Stranger o.l.v. Itay Jedlin op het festival in Sable en zong ze de Mattheus Passion bij de Nieuwe Philharmonie Utrecht o.l.v. Johannes Leertouwer, met een totaal van 10 zangers, die zowel de aria’s als de ensemble partijen voor hun rekening namen. Deze uitvoering kreeg recentelijk 5 sterren in een recensie van het NRC.

Haar nieuwste cd “Normal gets you nowhere” waar zij samenwerkt met improviserende musici, kreeg 4 sterren in de Trouw en de Elsevier.

Lauren Armishaw

Sopraan Lauren Armishaw (1978) is geboren in Nieuw Zeeland. Daar is zij afgestudeerd in zowel zang als wiskunde aan de Victoria Universiteit in Wellington. In 2002 verhuisde ze naar Nederland. Ze studeerde aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, waar ze lessen volgde bij Rita Dams, Jill Feldman en Michael Chance. In 2007 behaalde zij cum laude haar Master’s diploma in oude muziek.

Lauren is een veel gevraagde soliste voor zowel barok- als klassieke muziek. Naast werken van Händel, Bach, Monteverdi, Mozart en Haydn, zingt zij ook regelmatig werken van minder bekende componisten (bijv. Maria Dolorata van Leonardo Vinci en La Maddalena a piedi di Cristo van Giovanni Bononcini).

Als soliste trad ze op met o.a. Les Muffatti (België), L’Arpeggiata (Frankrijk) en De Nederlandse Bachvereniging. Ze werkte samen met dirigenten als Christina Pluhar, Peter van Heyghen, Jos van Veldhoven, Rinaldo Alessandrini en Sigiswald Kuijken. In 2012 reisde ze twee keer naar Nieuw Zeeland, voor concerten met NZBarok en Auckland Choral Society. In 2013 maakt Lauren haar debuut in Het Concertgebouw met Amsterdams Gemengd Koor, heeft ze concerten en een CD productie met Gesualdo Consort o.l.v. Harry van der Kamp en zingt ze samen met sopraan Zsuzsi Toth en de Nederlandse Bachvereniging een duet programma, Duo Seraphim.

Lauren treedt regelmatig op met haar eigen trio Lacrime Amorose (sopraan/ barokharp/ theorbe) en deJongdeJong+ (harmoniums/vocalisten) met wie ze recentelijk twee CD’s heeft uitgebracht: Folksong en Carols.

Als specialiste in oude opera’s vertolkte ze diverse rollen, zoals Laodice in Siroe (Händel), Susanna in Nozze di Figaro (Mozart), Venere in Ercole Amante (Cavalli) en Amor Celeste in La Maddalena a piedi di Cristo (Bononcini).

In 2008 was ze finaliste in zowel de Internationale Musica Sacra Concours in Rome als het Internationale Canto Barocco Concours in Napels. Ze was één van de Laureaten van de Nederlandse Vocalisten Presentatie 2009. Zij zong op het Roma Festival Barocco, het Händel Festival te Karlsruhe, het beroemde Tanglewood Festival in Amerika en bij Oude Muziek Festivals in Utrecht, België, Frankrijk en Spanje.

Lenneke Ruiten

De sopraan Lenneke Ruiten studeerde zang bij Maria Rondel en Meinard Kraak in Den Haag en opera aan de Bayerische Theaterakademie in München Daarnaast volgde zij lessen bij Elly Ameling, Robert Holl, Hans Hotter, Robert Tear en Walter Berry. In 2002 won Lenneke op het Internationaal Vocalisten Concours in ’s-Hertogenbosch vijf prijzen, waaronder de eerste prijs en de publieksprijs. Lenneke Ruiten debuteerde als Susanna in Le Nozze di Figaro in München. Bij de Nationale Reisopera zong ze Yniold in Pelleas et Mélisande en Ksenia in Boris Godunov. Op het Schleswig Holstein Musik Festival was ze Blondchen in Die Entführung; in het Amsterdamse Concertgebouw vertolkte zij de rol van Elisa in Il re pastore en Madame Herz in Der Schauspieldirektor. In 2008 maakte zij haar succesvolle debuut bij De Nederlandse Opera als Falke en Hüter der Schwelle in Richard Strauss’ Die Frau ohne Schatten en tijdens het Holland Festival in 2009 zong zij, eveneens bij DNO de rol van Gabriel op de wereldpremière van Rob Zuidams opera Adam in Ballingschap. In 2009 maakte zij haar debuut op het Festival de Beaune als Despina in Cosí fan tutte, met Le Cercle de l’Harmonie o.l.v. Jérémy Rhorer, en als Armida in Rinaldo met de Accademia Bizantina o.l.v. Ottavio Dantone. In 2010 maakte zij haar debuut als Pamina in Die Zauberflöte bij Opéra de Lausanne, waar zij in 2011 zal terugkeren als Almira in Rinaldo van Händel.

Ook op het concertpodium is Lenneke een veelgevraagd soliste. Zij trad op met onder meer het RTÉ National Symphony Orchestra, Concertgebouw Kamerorkest, Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks, Münchener Bach-Chor, het Dresdener Barockorchester en de NDR-Radiophiharmonie. En zij werkte samen met dirigenten als Frans Brüggen, Alessandro de Marchi, Arnold Östman en Ed Spanjaard, en trad op in de grote zalen in Europa. Behalve voor het opera- en concertvak koestert Lenneke Ruiten een grote liefde voor het lied. Daarin werkt zij samen met de pianisten Thom Janssen en Rudolf Jansen. Haar in 2005 verschenen cd ‘Mélodies Françaises’ werd buitengewoon goed ontvangen. In 2010 verscheen haar cd met Concertaria’s en het Exsultate Jubilate van Mozart, met het Concertgebouw Kamerorkest o.l.v. Ed Spanjaard (PentaTone).

Toekomstige projecten: Bachs Hohe Messe met John Eliot Gardiner in Dortmund, Frankfurt, La Coruña, Leipzig, Aldeburgh, Brightion Festival en het Spring festival Prague;
Bach solocantates met John Eliot Gardiner tijdens het Schleswig-Holstein Festival; concerten in o.a. Wigmore Hall London, Concertgebouw Amsterdam, Rome, Hamburg, Warschau en München.

Leonie Van Veen

De sopraan Leonie van Veen volgde haar studie klassieke zang aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag. Ze volgde lessen bij Gerda van Zelm en Barbara Pearson. Ze heeft zowel haar Bachelorsopleiding (2003) als haar opleiding aan De Nieuwe Opera Academie (2005) cum laude afgerond.

Leonie heeft verschillende operarollen vertolkt. Ze was o.a. te zien als Karolina uit de Dvĕ Vdovy van Smetena, als Alcina uit Alcina van Händel, als Miranda uit de The Tempest van Purcell, als Papagena uit Die Zauberflöte van Mozart, als Lena uit La princesse Jaune van Saint-Saens, als Adina uit L’elisir d’amore van Donizetti en als Antigone en Judith in de moderne opera’s Styx en Blauwbaard van Chiel Meijering.

Leonie is ook werkzaam als concertzangeres. Haar repertoire bevat o.a. de Johannes Passion, Matthäus Passion en het Weihnachtsoratorium van Bach, de Messiah van Händel, het Stabat Mater van Haydn, het Gloria van Vivaldi, het Requiem van Fauré en Ein deutsches Requiem van Brahms.

Leonie vormt een vast liedduo met pianiste Saskia Lankhoorn. Samen geven ze regelmatig liedrecitals. Als liedduo hebben ze liedinterpretatieklassen gevolgd bij Elly Ameling, Meinard Kraak, Rudolf Jansen en Graham Johnson.

Linde Schinkel

De sopraan Linde Schinkel behaalde in 2011 haar masterdiploma als student van Xenia Meijer aan het Fontys Conservatorium. Aan het Rotterdams Conservatorium haalde ze eerder haar bachelordiploma als student van Frans Huijts en Roberta Alexander. Daarnaast volgde ze vele masterclasses (o.a. Johannette Zomer, Margreet Honig, Carolyn Watkinson en Evelyn Tubb) en interpretatielessen (Richard Egarr, Fabio Bonizzoni en luitisten Fred Jacobs en Michael Fields).

Linde beschikt over een warme en natuurlijke stem waarmee ze zich kan uiten in vele kleuren en karakters. Hierdoor is zij een graag gehoorde soliste. Zij zingt solo in vele oratoria, waaronder Bachs Matthäus Passion, de Messiah van Händel, het Requiem van Mozart en Hör mein Bitten van Mendelssohn. Op uitnodiging van het Noorse Aust-Agder Kamerorkest gaf zij verschillende concerten in Noorwegen. Eerder zong zij met kamerorkest Sinfonia Rotterdam.

Linde is verbonden aan twee oude muziek ensembles; ‘Udite!’ en ‘Rood Hout’ waarmee ze regelmatig optreedt. Februari 2013 verschijnt de eerste cd van Rood Hout. Linde is hierop te horen in solocantates en -motetten van Händel, Vivaldi en Telemann.

Naast haar werkzaamheden als sopraansolist maakt Linde eigentijdse muziektheaterprogramma’s met klassieke zang onder de naam VOX Muziektheater. Het programma Vers Hartzeer met barokke én nieuwe geschreven solocantates won de ‘Almost Famous Award 2010’ van het Ostadetheater in Amsterdam.
Het korte festivalprogramma Schwarzwald FM, bestaande uit Schubertliederen en poppenspel, was o.a. te zien op de Gentse Feesten en het Pop Arts Festival in Amsterdam.

Met de voorstellingen van VOX Muziektheater wil Linde de muziek die zij zo graag zingt in de hedendaagse cultuur inbedden. Aan deze missie werkt ze ook samen met collega’s in het collectief van het Kameroperahuis Zwolle.

Lisette Bolle

De Nederlandse sopraan Lisette Bolle volgde haar zangopleiding aan het Utrechts Conservatorium.
Lisette ontving de ‘Cristina Deutekom prijs’ op het Cristina Deutekom concours, was laureaat op de Vocalisten Presentatie en ontving de ‘Vriendenprijs’ van de Vereniging Vrienden Nationale Reisopera voor haar vertolking van Konstanze in Die Entführung aus dem Serail.

Als soliste zong Lisette werken als Matthäus- en Johannes Passion, Mozart’s Krönungsmesse en mis in c, het Gloria van Poulenc, Orff’s Carmina Burana en Händel’s Messiah beide met het Magogo Kamerorkest o.l.v. Arjan Tien, La Petite Messe Solennelle met Bachkoor Holland o.l.v. Gijs Leenaars, Ein Deutsches Requiem, Paulus van Mendelssohn met Le Concert D’ Anvers o.l.v. Bart Van Reyn (tevens Radio 4 avondconcert uitzending) Verdi’s Messa da Requiem en Mahler’s Rückertlieder, die Schöpfung Haydn, A Child of Our Time Tippett, Les Noces Stravinsky en The Bells van Rachmaninov o.l.v. Boudewijn Jansen en Mahler II met het Stavanger Symphony Orchestra o.l.v. Christian Vasquez.

Lisette zong operarollen zoals Fiordiligi o.l.v. Jan Willem de Vriend, high-lights uit La Rondine in o.a. Erfurt, Salzburg, Hanna Glawari in Lehár’s Die Lustige Witwe en Alice Ford in Verdi’s Falstaff in Teatro Regio di Parma, in Milaan en op het Operafestival van Barga in Italië. Ook zong zij de rol van Michaëla (Carmen) o.l.v. Kenneth Montgomery, Violetta in Verdi’s La Traviata o.l.v. Arjan Tien in de Vereeniging te Nijmegen, Gilda (Rigoletto) bij Opera Baltycka in Gdansk, de Kurfürstin in de operette Der Vogelhändler (Zeller) o.l.v. Bernard Steiner bij de opera van Krakau en in Nederland en België en Konstanze in Mozart’s Die Entführung aus dem Serail bij de Nationale Reisopera (RAP).

Lisette zong met succes Rosalinde von Eisenstein (Fledermaus) in een productie van het
Noord Nederlands Orkest o.l.v. Balázs Kócsar / regie van Elsina Jansen.
Met het orkest Filharmonia Arthura Rubinsteina zong Lisette Bolle o.l.v. Massimiliano Caldi de Carmina Burana te Lódz (Polen) en in de NTR ZaterdagMatinee de rol van Sklave in de opera Salomé (Strauss) met Radio Filharmonisch Orkest o.l.v. Edo de Waart. Lisette zong zij in de Matinee de rol van Vrouw en Vrouw op het strand in de wereldpremiere van Peter-Jan Wagemans’ opera Andreas Weent met de Radio Kamerfilharmonie o.l.v. Michael Schønwandt.

Bij de Nederlandse Opera maakte Lisette haar debuut als 5de Magd in Elektra met het Nederlands Philharmonisch Orkest o.l.v. Marc Albrecht / regie: Willy Decker (tevens CD-opname).
Vervolgens werd zij daar nog uitgenodigd voor Una Voce dal Cielo met het Rotterdams Philharmonisch Orkest o.l.v. Yannick Nézet-Séguin, als 1. Knappe en 1.1. Blumenmädchen in Parsifal met het Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Iván Fischer / regie: Pierre Audi en onlangs voor Woglinde in Das Rheingold met het Nederlands Philharmonisch Orkest o.l.v. Hartmut Haenchen / regie: Pierre Audi.

Recent zong Lisette Woglinde in das Rheingold in het Gran Teatre del Liceu Barcelona o.l.v.
Josep Pons / regie: Robert Carsen, Donna Anna met Le Concert D’ Anvers o.l.v. Bart van Reyn / regie: Korneel Hamers oa in deSingel Antwerpen en Najade in Ariadne auf Naxos o.l.v.
Wolfram-Maria Märtig in het Aalto-Musiktheater te Essen.
Toekomstige engagementen zijn o.a. Helmwige Walküre in het Aalto-Musiktheater te Essen,
La Petite Messe Solennelle en De Kokkin in De Nachtegaal Stravinsky met het
Radio Filharmonisch Orkest o.l.v. Charles Dutoit voor de NTRZaterdagMatinee.

Lisette Emmink

De sopraan Lisette Emmink studeerde aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag en behaalde daar ‘cum laude’ het diploma uitvoerend musicus.

Vervolgens volgde zij masterclasses bij Elly Ameling, Robert Holl, Dorothy Dorow en Gerard Souzay. In haar concertpraktijk ligt een belangrijk accent op de uitvoering van oratorium-werken. Zij is een veelgevraagd soliste en heeft in vrijwel alle grote concertzalen en onder vele dirigenten gezongen.

Zij verleende onder andere haar medewerking aan radio opnamen met werken van Mozart ( de eerste sopraansolo in Davide Penitente met het Groot Omroepkoor) Bachcantates en muziek van de hedendaagse componist George Crumb.

Ook zong zij de Nederlandse première van ”the voices of light” van Richard Einhorn en de Engelse première van ”the cry of the earth” van Tony Biggin in de Royal Festival Hall in Londen. Bovendien zong ze in Parijs, Tours (festival), Wenen, Bonn en Antwerpen. Ook maakte ze een aantal concertreizen naar Zuid-Afrika, Canada, Italië, Engeland Noorwegen en de Verenigde Staten.

Haar repertoire bevat naast oratoria en liederen ook opera, operette en musical. Zo zong zij in concertante opera’s de rollen van Fenena,(Nabucco) Pamina (Zauberflöte) en Ilia (Idomeneo).

Zij houdt van de schitterende variatie die muziek biedt, van barok tot modern, van grote werken tot kamermuziek zoals de prachtige ‘Vier Letzte Lieder’ van Richard Strauss die zij, slechts begeleid door piano, tot een weergaloze intieme beleving weet te maken.

Met harpiste Carla Bos nam zij onlangs de cd ‘Why sit and sigh’ op met liederen van o.a.Rodrigo,Fauré, Britten, Kennedy-Fraser, Boydell en Ravel. www.licarbe.nl

Met het ‘Tuschinski Trio’ heeft zij een programma dat ’de mooiste filmmelodieën’ heet en sinds kort vormt zij een duo met de alt Carina Vinke waarmee zij een zeer gevarieerd duettenprogramma brengt.

www.lisette-emmink.nl

Maartje Rammeloo

De veelzijdige Nederlandse sopraan Maartje Rammeloo heeft de afgelopen jaren vele opera rollen mogen vertolken in operahuizen in binnen- en buitenland.

Ze zong veelvuldig als solist bij de Nationale Opera in Amsterdam, bij het Aalto Theater Essen en bij o.a. Göteborg Operan (Zweden), De Nederlandse Reisopera en Festival Aix-en-Provence. Hierbij zong ze rollen als Marzelline (Fidelio), Pamina (Die Zauberflöte), Musetta (La Bohème) Cunegonde (Candide), Lucy (The Telephone, Menotti), Adina (l’Elisir d’Amore) en La Comtesse Adèle (Le Comte Ory, Rossini).

Door de jaren heen heeft Maartje successen geboekt tijdens (inter)nationale competities. Ze was o.a. finalist en prijswinnaar tijdens het IVC te Den Bosch, de Hans Gabor Belvedère Competition, het Montserrat Caballé Concours in Zaragoza, als ook de Wilhelm Stenhammer Competitie in Zweden.

Naast de opera engagementen is Maartje ook op het concertpodium een veelgevraagd soliste en zong ze met o.a. het Radio Filharmonisch Orkest, Nederlands Philharmonisch Orkest en Cappriccio Stravagante waarbij ze werkte met dirigenten als Markus Stenz, Skip Sempé, Marc Albrecht, Tomáš Netopil, Anthony Hermus en James Gaffigan.

Maartje studeerde aan het Fontys Conservatorium te Tilburg en werd gecoacht door o.a. de vermaarde zangeres Jard van Nes. Ze behaalde cum laude haar masterdiploma, met als specialisatie Operette en Klassiek Muziektheater. Ze volgde masterclasses bij o.a. Montserrat Caballé, Edith Wiens en Elly Ameling.

Afgelopen seizoen maakte Maartje o.a. furore in de veeleisende hoofdrol van Kurt Weill’s Lady in the Dark bij Opera Zuid, als Liz Henson in de wereldpremière van de opera Dogville in Essen en als 1^e Dame in Mozarts Zauberflöte, de nieuwe grote productie van de Theateralliantie. Dit seizoen zal ze onder andere in de huid kruipen van Violetta Valéry tijdens twee verschillende producties van Verdi’s La Traviata.

Marene Elgershuizen

De Nederlandse dramatisch-coloratuur sopraan Marene Elgershuizen rondde in 2013 haar opleiding met Excellentieprogramma aan het Prins Claus Conservatorium af. Zij volgde masterclasses bij onder andere Margreet Honig, Gerd Uecker, Camilla Nylund, Soile Isokoski, Nadine Secunde, Jard van Nes, en Ira Siff. Bovendien was zij deelnemer aan de Internationale Opernakademie 2013 in Schwerte (DU). In 2014 aan de eerste Bad-Saarow Meisterkurs (DU) van Thomas Johannes Mayer en Kirsten Schötteldreier.
Haar Masterdiploma behaalde Marene aan het Conservatorium van Amsterdam. Zij vervolgde haar studie in Duitsland bij Kammersängerin Gabriele Schnaut en volgde coachings bij Graham Cox, Klaus Sallman, John Norris. Marene studeert nu verder in Berlijn bij de bekende dramatische sopraan Janice Baird.

Marene soleert sinds 2009, toen in de Markus Passion van Reinhard Keiser. In oktober 2011 kreeg Marene lovende recensies over haar optreden in Beethovens Mis in C en Mendelssohn Bartholdy’s Psalm 42: “In Psalm 42 mocht sopraan Marene Elgershuizen nog eens afzonderlijke laten horen wat ze waard was, en dat was veel” – Friesch Dagblad. “De mooiste solobijdrage afkomstig van sopraan Marene Elgershuizen. Met een glashelder geluid fraseerde ze de teksten zo, dat ieder woord helemaal op zijn plaats viel” – Leeuwarder Courant. Ook haar samenwerking met het Projectkoor Opus in februari 2012 en haar bijdrage in Brahms’ Ein Deutsches Requiem door het Delfts Orkest viel bij de pers in goede smaak.

Marene heeft zich de laatste tijd vooral verdiept in Duits repertoire: Mozart, Strauss, Berg, Mahler e.a. Zij zong dan ook in recitals reeds de Vier Letzte Lieder, de Sieben Frühe Lieder en Das Himmlische Leben uit de 4e Symfonie van Mahler. Het orkestrale repertoire combineert Marene met operarollen zoals Fiordiligi, Konstanze en de Koningin van de Nacht. Marene koestert verder een voorliefde voor Scandinavisch werk van Sibelius, Grieg, Kilpinen en Sallinen.

Zij werkte met dirigenten als Jan van Maanen, Yt Nicolai, Andrew Charity, Geert-Jan van Beijeren, Bergen en Henegouwen, Peter Gaasterland, Merlijn Twaalfhoven, Pieter Cox, Anne Sollie, Adrían Rodrígeuz van der Spoel, Arnaud van Gelder, Evert-Jan Krause, Jeroen Zijlstra en Chris Fictoor.

In november 2013 won Marene de eerste prijs in de Euregio Vokalisten Wettbewerb in Heek-Nienborg, Duitsland. Haar technische controle werd door de jury uitzonderlijk gewaardeerd. In 2011 behaalde Marene in het Internationale Oratorium Concours in Rome een plaats in de halve finale. Bij het 49ste Internationale Vocalisten Concours in Den Bosch in september 2012 viel Marene in de kwartfinales zowel bij publiek als jury zeer positief op.

In operaproducties zong Marene de rol van Fiordiligi in Cosi fan tutte bij Opera Nijetrijne (2015), Liu in Turandot bij de Weekend Opera Utrecht (2014), Susanna in Mozarts Le Nozze di Figaro, Soeur Constance in Les Dialogues des Carmélites van Poulenc en van Aufseherin/Vertraute in Elektra van Strauss (2014).

Tijdens het Peter de Grote Festival in 2010 werd haar als eerste klassieke zanger de Labberté-Hoedemaker Prijs uitgereikt als onderscheiding voor haar musiceren. Bovendien kende het Labberté-Hoedemaker Fonds haar een volledige studiebeurs toe. Voor haar vervolgstudie in Duitsland won Marene zowel een studiebeurs van het VSB Fonds als van het dr Hendrik Muller’s Vaderlandsch Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds. Een Meisterkurs Stipendium werd haar in 2014 toegekend door de Universität der Künste in Berlijn. In november 2015 won zij een Wagner Stipendium van het Richard-Wagner-Verband Berlin-Brandenburg.

Naast haar zangstudie studeerde Marene af in Geschiedenis en Internationale Betrekkingen aan de Rijksuniversiteit Groningen, met als specialisatie Genocide Studies, Conflict Studies en Egodocumenten. Zij wil verder naast haar zingen graag maatschappelijk betrokken blijven en zet zich daarom in haar vrije tijd in voor onder andere LHBT-rechten en Vrouwenrechten.

Marieke Steenhoek

Marieke Steenhoek behaalde in 2004 haar diploma aan het conservatorium van Amsterdam. Zij studeerde bij Maarten Koningsberger en Margreet Honig en volgde lessen bij o.a. Jard van Nes, Valérie Guillorit en Noelle Barker. Sinds haar afstuderen wordt zij gecoached door zang-/stempedagoge Gemma Visser. Zij volgde meerdere malen de masterclass “Acting for Singers” van de Jekerstudio in samenwerking met de toneelschool van Maastricht waar ze les kreeg van o.a. Yolande Bertsch, Helmert Woudenberg en Roland Velte.

In september 2006 behaalde zij de 1e prijs tijdens de finale van het 9e Deutekomconcours en ontving zij de publieksprijs ter beschikking gesteld door stichting “Vrienden van de Reisopera”.
In oktober 2008 maakte Marieke haar debuut als soliste bij het concertgebouworkest in de Nielsen-symphony o.l.v. Herbert Blomstedt. In het najaar van 2007 was Marieke voor het eerst te horen als soliste bij Ton Koopman en het Amsterdam Baroque Orchestra & Choir. Eerder dat jaar was zij te horen als soliste bij de Nederlandse Bachvereniging tijdens een première-uitvoering van Ernst Graaf‘s “Der Tod Jesu” o.l.v. Jos van Veldhoven. Sinds 2000 is zij als vaste soliste verbonden aan het Arion Ensemble Utrecht. Met dit ensemble maakte zij tournees naar o.a. Frankrijk, Italië en Slovenië. Daarnaast soleerde zij in o.a. “Requiem” (Verdi), de “Elias” (F.Mendelssohn), “Mattheus-” en “JohannesPassion” (J.S.Bach), “Carmina Burana” (C.Orff), “Stabat Mater” (J.Haydn) en “Litaniae” (W.A.Mozart).

In 2010 maakte Marieke haar debuut bij De Nederlandse Opera in de Wereldpremiére “A Dog´s Heart” van Alexander Raskatov en zong zij begin dit jaar de rol van eerste Engel in “De Legende” van Peter Jan Wagemans. Ook zong zij de rol van Estelle (“The Stronger” – H. Weisgall), Dorothea in de barok-opera “Don Chisciotte” (Conti), Pat Nixon in de opera “Nixon in China” (John Adams), Donna Elvira (“Don Giovanni” – W.A. Mozart) en de rol van Adele in “Die Fledermaus” (J.Strauss) o.l.v. J. van Maanen i.s.m. het AUKSO Extended Chamber Orchestra uit Katowice. Verdere rollen: Geraldine (“A Hand of Bridge” – S.Barber), Ingrate (“Un ballo dell´ Ingrata ” – C.Monteverdi) en Laurey (“Oklahoma” – R. Rodgers and O. Hammerstein)
Naast oratorium en opera is Marieke ook regelmatig in het moderne repertoire te horen. Zo zong zij o.a. de sopraansolo in de wereldpremière “and Nothing Death” van Carlos Michans, “pli selon pli” (Pierre Boulez) met het Doelenensemble en “Trois Poésies de la Lyrique Japonaise” van Igor Stravinsky.

Martha Bosch

Martha Bosch studeerde aan het Conservatorium van Amsterdam bij Hein Meens en Sasja Hunnego. Masterclasses volgde zij onder meer bij Margreet Honig, Johannette Zomer, Emma Kirkby, Nelly Miricioiu, Maarten Koningsberger, Udo Reinemann en Christiane Oelze. Momenteel wordt zij gecoacht door Marjan Kuiper. Sinds 2016 vormt zij een vast liedduo met pianiste Laura de Lange.

De jonge, heldere sopraan soleerde veelvuldig in de Matthäus-Passion en Johannes-Passion van Bach, Die Jahreszeiten van Haydn, het Gloria van Vivaldi, Te Deum van Purcell, Stabat Mater van Pergolesi, Magnificat van Rutter, Requiem van Faure, de Petit Messe Solennelle van Rossini en in diverse cantates van Bach en Telemann. Hierbij werkte zij samen met dirigenten als Jos van Veldhoven, Jos Vermunt, Bas Ramselaar, Nico van der Meel en Alfredo Bernardini. Afgelopen december maakte zij haar debuut als soliste bij Ton Koopman.

Als veelgevraagd koorzangeres is zij verbonden aan Cappella Amsterdam o.l.v. Daniel Reuss, het Laurens Collegium Rotterdam o.l.v. Wiecher Mandemaker, het Amsterdam Baroque Choir o.l.v. Ton Koopman en het Nederlands Kamerkoor o.l.v. Peter Dijkstra.

Martha Bosch won het Prinses Christina Concours en debuteerde al op 17-jarige leeftijd bij de opera als Bastienne in Mozarts Bastien und Bastienne (Residentie Orkest, 2003). Zij vertolkte operarollen in Le Nozze di Figaro van Mozart (De Nederlandse Opera Academie, 2007), Les Aventures du Roi Pausole van Honegger (Opera Trionfo, 2008), Die Zauberflöte van Mozart (International Belcanto Academy, 2012), en Orfeo Underground van Monteverdi (Holland Opera, 2014).

Martina Prins

De Nederlandse sopraan Martina Prins studeerde zang aan de Dutch National Opera Academy in Den Haag bij Alexander Oliver, Maria Acda–Maas en Diane Forlano. Martina bezocht verder Masterclasses van Peter Berné, Harry Peeters, Dale Duesing, Gemma Visser, Tina Ruta, Anthony Legge, Graham Clarke, Rita Cullis, Ira Siff, Ks Brigitte Fassbaender en Professor Dennis M. Heath. In 2003 won zij een Stipendium van de Bayreuther Festspiele en werd haar ook een stipendium toegekend voor buitenlandse studie, uit het gerenommeerde Threes Orri Fonds, onderdeel van het Prins Bernhard Cultuurfonds.

Martina is succesvol onderweg in lied-, oratorium- en concertuitvoeringen, met b.v. Wagner’s Wesendonckliedern, Ravel’s Shéhérazade en Mahler’s 2de Symphonie. Haar debuut in het Requiem van Verdi werd zeer enthousiast in de pers ontvangen. Daarnaast ontwikkelde zij samen met pianiste Mirsa Adami in de afgelopen jaren een specialistisch liedrepertoire waarin de nadruk ligt op laat 19de en vroeg 20e eeuws repertoire met o.a. Chausson, Schindler-Mahler, Berg, Schönberg en Poulenc.

Martina’s grote passie betreft opera, waarvoor  zij regelmatig wordt geëngageerd. Zij vertolkte tot nu toe een zeer gedifferentieerd repertoire met partijen als Donna Anna (Don Giovanni – Mozart), Lady Billows (Albert Herring – Britten), Moglie dell’Orco (Pollicino – HW Henze), Zuidenwind (Roep van de Kinkhoorn – Visman – uitgekomen op CD 2004), Ismène en Pretrèsse (Alcione – Marin Marais), Waarzegster en Moeder Overste (Engel van Vuur – Prokofiev) en Mutter en Knusperhexe (Hänsel&Gretel – Humperdinck), waarbij ze samenwerkte met regisseurs en dirigenten als Philipp Harnoncourt, Robert Carson, Miranda Lakerveld, Paul McCreesh, Erki Pekh, Michel Tabachnik, Lorenz Duftschmidt, Marino Formenti, Gijs Leenaars en Kenneth Montgomery.

In de afgelopen seizoenen wist zij Judith (Blauwbaard’s Burgt – Bartok – De Doelen Rotterdam), Rosalinde (Fledermaus – J. Strauß), en enkele weloverwogen Wagner partijen aan haar repertoire toe te voegen. Zo vertolkte zij de Sieglinde onder leiding van Jac van Steen, en was zij cover voor Isolde voor de Tristan&Isolde van de Tiroler Festspiele onder leiding van Gustav Kuhn. Recentelijk was Martina de liefdesgodin Freia in het veelbesproken ‘Rheingold op de Rijn’-project, waarbij een tot theater omgebouwde rijnaak een uitverkochte tournee langs verschillende Rijnsteden maakte. In dat zelfde seizoen was zij ook Walküre-zuster Ortlinde bij De Nederlandse Opera, in de befaamde Ring des Nibelungen van Pierre Audi onder leiding van Hartmut Haenchen.

In het jaar 2015 viel Martina de grote eer te beurt mee te mogen werken aan de officiële 70-ste 4 mei herdenking. Zij vertolkte de sopraansolo van de zelden uitgevoerde Anne Frank Cantate ‘A Child of Light’ van Hans Kox uit 1984, in het Concertgebouw door het NedPho olv Antony Hermus Voor het grote Verdi-Wagner Gala-programma van het Brandenburgisches Staatsorchester oogstte zij lof voor haar mooie legato.

In 2017 ging Martina op tournee met Dr Miracle’s Last Illusion – een goed ontvangen productie van Opera2Day, waarin zij de LadyMcBeth van Verdi ten gehore brengt. Dit seizoen vertolkte zij met verve de rol van Gertrude in de productie Hamlet bij Opera2Day.

Merel van Geest

Merel van Geest heeft haar Masterdiploma klassiek behaald aan het Koninklijk Conservatorium, naast haar studie geschiedenis aan de Universiteit van Leiden. Tevens heeft ze haar tweede Master in Music for New Audiences en Innovative Practice, afgesloten, een internationaal samenwerkingsverband tussen verschillende conservatoria. Momenteel wordt zij gecoacht door Eva Maria Westbroek en Gerda van Zelm.

In haar carrière heeft ze zich al van vele kanten laten horen.

In het oratorium is Merel een veelgevraagd soliste, vooral in het barokke genre. Vele passies en cantates van Bach en Händel staan elk jaar op het programma. Maar ook Mendelssohn, Rossini, Poulenc en Rutter zijn veel gehoorde componisten in haar repertoire. Afgelopen seizoen zong Merel twee wereldpremières en maakte ze ook haar solodebuut in het Concertgebouw, daarnaast soleerde ze in de Eftelingshow met het Metropole Orkest.

Ook in de opera zong ze de hoofdrol in Iphigenie en Aulide van Gluck, alswel Feres in de nieuwe opera “De kinderen van Medea”. Ook zong ze de rol van Laetitia in the ‘Old maid and the Thief’ van Menotti en Grietje uit Hans en Grietje van Humperdinck. Haar laatste rollen waren Lucy uit The Telephone van Menotti en Suzanna uit Le nozze di Figaro en suor Genoffieva in Suor Angelica van Puccini.  

Haar repertoire kenmerkt zich door grote diversiteit. Merel is een all-round zangeres die zowel lied, opera en oratorium met veel liefde aan haar publiek brengt. Ze geniet daarnaast van het koorzingen bij Ton Koopman bij Pa’dam en het Nederlands Kamerkoor.

Naast haar muzikale activiteiten is Merel zich gaan ontwikkelen als projectmanager. Zo werd ze in 2011 benoemd tot Haags toptalent. Hieruit is de Stichting ‘Haagse Passie’ ontstaan. Binnen deze stichting worden projecten gerealiseerd ter bevordering van de verspreiding van klassieke muziek. De Stichting Haagse Passie heeft als doel het organiseren van projecten in en om Den Haag op het gebied van klassieke muziek, waarbij vooral wordt gekeken naar de vraag vanuit de samenleving.

Nanette Mans

Nicole Fiselier

Sopraan Nicole Fiselier studeerde Klassiek Zang aan Codarts bij Roberta Alexander. In de jaren erna werd ze achtereenvolgens gecoacht door Marjan Kuiper, Margreet Honig en Ira Siff. Nicole’s muzikale interesse reikt van oude tot hedendaagse muziek. Dit resulteert in een zeer diverse concertpraktijk.

Nicole is een veelgevraagd soliste voor onder andere Carmina Burana, Die Schöpfung, Exsultate Jubilate, Matthäus Passion, Messiah en Psalm 42 (van Mendelssohn). In 2019 zong ze de sopraansoli in het nieuw gecomponeerde Requiem van Gavin Bryars bij de Nationale Opera & Ballet o.l.v. Matthew Rowe.

Als koorsopraan zingt ze bij de Nationale Opera, het operakoor van De Munt (België) en het Groot Omroepkoor. Nicole houdt ook van uitstapjes naar andere muzieksoorten. Met de
indiepopband Efterklang trad ze op tijdens hun symfonische tour in Nederland, België, Noorwegen en Zweden.

Als Resident Artist vertolkte Nicole bij de Nederlandse Reisopera de rol van Clorinda in La Cenerentola. In 2015 was ze bij Holland Opera te horen in de wereldpremière van de opera The Day After van Jonathan Dove als Young Woman.

In 2017 stond ze op de planken als Colonella bij Opera Nijetrijne in een bewerking van Il mondo alla rovescia van Salieri. In datzelfde jaar bracht de rol van Apollonia in Haydn’s La Canterina haar naar België en Japan met het gezelschap La Petite Bande onder leiding van Sigiswald Kuijken.

Nienke Oostenrijk

De sopraan Nienke Oostenrijk behaalde eerst haar doctoraalexamen geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen alvorens aan haar zangopleiding aan het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam te beginnen. Zij studeerde bij Margreet Honig, Cora Canne Meijer, Arleen Auger en volgde masterclasses bij Elly Ameling en Robert Holl.

Nienke Oostenrijk is een veelgevraagd concertsoliste. Met dirigenten als Jaap van Zweden, Frans Brüggen, Jac van Steen, John Nelson, Jos van Veldhoven en Jan-Willem de Vriend was zij vele malen te horen in de Matthäus en Johannes Passie en het Weihnachtsoratorium van Bach, het Requiem en de Mis in c kl van Mozart, het Stabat Mater van Pergolesi, de Messiah van Händel, alsmede in de bewerking van Mozart.

In zowel geënsceneerde als in concertante uitvoeringen is Nienke onder meer te horen geweest als Konstanze in Mozart’s Die Entführung aus dem Serail, als Pamina in Mozart’s Die Zauberflote, Sophie in Strauss’ Der Rosenkavalier en Tebaldo in Verdi’s Don Carlos, met dirigenten als Kees Bakels, Marc Soustrot, Friedrich Haider en Carlo Rizzi.

De cd Bach arias voor sopraan en hobo, die zij maakte met haar zus Pauline, werd in de pers geprezen vanwege de stijlvastheid en virtuositeit van uitvoering, en is in 2012 genomineerd voor een Edison. De opname van de compositie En Hollande van Leo Samama, te zamen met het Daniël Kwartet, werd door Luister met een 10 werd beoordeeld. Voorts is Nienke te horen met het Residentie Orkest, onder leiding van Mathias Bamert, in de Mis in As van Verhulst. De uitvoering op cd werd zowel in de landelijke pers als in het gerenommeerde tijdschrift Grammophone lovend besproken.

In April 2004 leverde Nienke een zeer geslaagde bijdrage aan het huwelijk van Prins Friso en Prinses Mabel in de Oude Kerk te Delft, met de aria ‘Magna Res est Amor’van Hendrik Andriessen. In november 2005 zong Nienke ter gelegenheid van het Zilveren Regeringsjubileum voor Koningin Beatrix in de Gothische Zaal van de Raad van State.

Afgelopen jaren heeft zij op de concertpodia samengewerkt met veel vooraanstaande dirigenten als Peter Dijkstra, Ton Koopman en Jan Willem de Vriend, Barend Schuurman, Daan Admiraal, Maria van Nieuwkerken en Wiecher Mandemaker.

Nienke Otten

De Nederlandse sopraan Nienke Otten maakte recentelijk haar roldebuut als Norina in Don Pasquale, met Camerata Amsterdam o.l.v. Jeroen Weierink.

Zij zong in het afgelopen seizoen de rol van Poppea in Monteverdish, een bewerking van L’Incoronazione di Poppea en een co-productie van VocaalLAB en dansgezelschap ISH. Ook was ze te horen in het Grachtenfestival, in de Nederlandse première van Die Flut en Abstrakte Oper, twee kameropera’s van de Duitse componist Boris Blacher.

Verdere operarollen omvatten Morgana (scènes uit Alcina, Händel, Opera aan Zee Festival) Silvia (L’Isola Disabitata, Haydn) een co-productie van Opera Trionfo en het Grachtenfestival, en Pamina (Die Zauberflöte) in een semi-geënsceneerde voorstelling (CvA)

Daarnaast vertolkte Nienke de rollen van Maria Barbara en Anna Magdalena in de voorstelling Tranen van Bach (Muziektheater Hollands Diep) en de titelrol in de kinderopera Het meisje met de zwavelstokjes (Holland Opera/De Doelen).

Soli in oratoria omvatten de Johannes-en Matthäus Passion, vele cantates o.a. BWV 51 (Jauchzet Gott in Allen Landen), Magnificat en Hohe Messe (Bach), Gloria (Vivaldi, Te Deum en Messiah (Händel), Krönungsmesse (Mozart), Requiem (Fauré), Stabat Mater (Poulenc), Ein Deutsches Requiem (Brahms) en Carmina Burana (Orff).

Nienke werkte samen met dirigenten als Matthew Halls (Residentie Orkest), Jos Vermunt (Residentie Bach Ensembles), Ton Koopman (ABO), Peter Robinson (LSO) en Vincent de Kort (Orkest van het Oosten), en regisseurs Cilia Hogerzeil, Joke Hoolboom, Stephen Lawless, Sybrand van der Werf en Elsina Jansen.

Ze behaalde haar Master diploma aan het Koninklijk Conservatorium van Den Haag, waar ze studeerde bij Sasja Hunnego en coach Peter Nilsson. Momenteel wordt ze door Margreet Honig gecoached.

Sabine Wüthrich

Sabine Wüthrich won verscheidene prijzen waaronder in 2008 de 1^e prijs aan het Concorso Internazionale di Canto Solistico Seghizzi in Gorizia en in 2007 de 1^e prijs op de Nederlandse Vocalistenpresentatie (voormalig Erna Spoorenberg concours). Tijdens haar studie ontving Sabine drie keer achter elkaar de prestigieuze studiebeurs van de Zwitserse Kiefer Hablitzel Stichting.

Als solist heeft Sabine gewerkt met dirigenten als Paul McCreesh, Daniel Klajner, Lucas Vis, Henrik Schaefer, Etienne Siebens, Fréderic Desenclos, Otto Tausk en Reinbert de Leeuw en trad zij op met onder andere het Berner Sinfonie Orchester, Holland Symfonia, het Doelen Ensemble, het Ensemble Nieuwe Muziek en met het National Jeugd Orkest.

Zij was te gast op het Norwich & Norfolk Festival, het Tallinn Autumn Festival for Contemporary Music,  de Thuner Schlosskonzerte, de Cambridge Early Music Series, het Stratfort-upon-Avon-Festival en het Festival de Musique de Sully et du Loiret.

Prominente componisten Daan Manneke, Willem Wander van Nieuwkerk en Jan van de Putte hebben werk aan haar opgedragen en zij had de grote eer om meerdere keren met de beroemde componiste Sofia Gubaidulina te werken en veel van haar kamermuziek uit te voeren. In augustus 2011 heeft Sabine in het bijzijn van componiste Kaija Saariaho een solo-stuk met electronica en kamermuziek van deze Finse componiste uitgevoerd.

Sabine houdt van les geven. In 2013 werd zij uitgenodigd om een Masterclass te geven aan de Bangor University of Music in Groot Brittannië.

Siri Karoline Thornhill

De Noorse sopraan Siri Karoline Thornhill, van Engelse afkomst werd in Bristol geboren. Zij studeerde eerst in Stavanger, Noorwegen en sloot haar opleiding cum laude af aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Bepalend waren de invloeden van Anna Reynolds, Prof. Beate Heuer-Christen, Prof. Turid Karlsen en Elly Ameling.

Zij werkte samen met dirigenten als Ivan Fischer, Ton Koopman, Bruno Weil, Philippe Herreweghe, Christoph Coin, Thomas Hengelbrock, Sigiswald Kuijken, Gijs Leenaars, Daniel Reuss, Michi Gaigg, Ottavio Dantone, Riccardo Minasi en Fabio Biondi. Tot haar muzikale partners behoren o.a. gerenommeerde orkesten als het Konzerthausorchester Berlin, Kammerorchester Basel, Orchestra La Scintilla Zürich, La Petite Bande, Freiburger Barockorchester, het Balthasar Neumann Ensemble, Staatskapelle Halle, Gewandhausorchester Leipzig, Concertgebouw Kamerorkest, Opéra National de Bordeaux en het Amsterdam Baroque Orchestra.

Concert- en liederenavonden voerden haar naar belangrijke concertzalen, zoals het Konzerthaus en Philharmonie Berlin, Philharmonie am Gasteig München, Frauenkirche Dresden, St. Michaeliskirche Hamburg, Dom zu Trier, Alte Oper Frankfurt, NOSPR Katowice, het Concertgebouw Amsterdam, Kennedy Center Washington, Oslo en Stavanger Konserthus, Wiener Konzerthaus, Musikverein Graz, Palais de Beaux, Arts Brussel, Auditorium Bordeaux, Théatre des Champs-Élysées, Salle Garnier Monte Carlo en Sala Verdi in Milaan.

Zij trad op bij gerenommeerde Festivals zoals de Händelfestspielen in Göttingen en Halle, Rheingau Musik Festival, Haydnfestival Eisenstadt, Beethovenfest Bonn, Bachfest Leipzig, Mozartfest Augsburg, Ernen Barock, Festival international opéra baroque & romantique Beaune, Printemps des Arts de Monte Carlo, den Festivals für Alte Musik in Brugge en Utrecht, Sydney Festival maar ook bij Rencontres Musicales de Vézelay.

Operaproducties brachten haar naar de Oper Leipzig, Oper Freiburg, Oper Halle, Komische Oper Berlin,
en ook naar Kristiansand en Beaune, in rollen als onder andere Donna Anna (Don Giovanni), 1e Dame en Pamina. (Die Zauberflöte), Savitri in de gelijknamige opera van Gustav Holst en Miss A in Luke Bedfords “Through his teeth”. In het laatste seizoen was zij te gast in het Theater für Niedersachsen als Königin Orasia in Telemanns “Orpheus, oder die wunderbare Beständigkeit der Liebe”, een barok productie geensceneerd door de regisseur Sigrid ’t Hooft, die gespecialiseerd is in de historische uitvoeringspraktijk.

CD-opnamen zoals de liederen van Edvard Grieg (Deutschlandradio Kultur), Bach-Kantaten met La Petite Bande onder Sigiswald Kuijken alle Bach Solo-Kantaten voor sopraan met het Kölner Kammerorchester o.l.v. Helmut Müller-Brühl. De opname van de Matthäus Passion onder dirigent Jos van Veldhoven en Membra Jesu Nostri met Ton Koopman,Simon Mayrs “Telemaco”en “Requiems” zijn verdere hoogtepunten in de omvangrijke discografie van deze zangeres.

Sonja Volten

Na het behalen van een Master Internationale Betrekkingen ging de Nederlandse sopraan Sonja Volten verder studeren aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Sasja Hunnego. Drie jaar later studeerde zij hier af met een onderscheiding voor buitengewone muzikaliteit.

Hierna volgden een master in de Opera bij de Dutch Nationale Opera Academy en een jaar bij de opera studio CMRE in Brussel, Theater de Munt, onder artistieke leiding van José van Dam.

Op het gebied van opera heeft zij rollen gezongen als Euridice in Orfeo ed Euridice, Héro in Béatrice et Bénedict, Blanche in Dialogues des Carmelites, Contessa in Le Nozze di Figaro, Elvira in Don Giovanni, Bloemenmeisje in Parsifal, Musetta in La Boheme, Micaëla in La tragédie de Carmen en Princess in El gato con Botas.

Dit deed zij bij oa de Opéra de Lyon, de Nationale Reisopera, en Opera Trionfo.

Naast haar opera activiteiten heeft zij een grote passie voor lied en oratorium. Haar repertoire reikt van Bach tot Poulenc en bracht haar op diverse festivals (festival de Beloeil, Storioni Festival) en in prachtige concertzalen zoals het Bozar in Brussel, de Kansai festival hall in Japan, en het Concertgebouw in Amsterdam.

Zij trad o.a. op met het Dortmund Philharmonik, het Sinfonia Varsovia, het Orchestre Musicale de Chambre de Wallonie, het Brussels Philharmonisch Orkest, het Orchestre Philharmonique Royal de Liège en het Kansai Philharmonic.

In 2008 ontving zij samen met de pianiste Abigail Richards de vriendenprijs bij het Vriendenkrans Concours van het Concertgebouw. Met deze prijs verdiepten zij zich samen verder in het Lied met lessen bij Elly Ameling, Rudolf Jansen, Helmut Deutsch, Robert Holl, Edith Wiens, Wolfram Rieger, Rudolf Piernay en Julius Drake. Sinds het najaar van 2009 treden zij regelmatig op met liedrecitals in het kader van de Vereniging Vrienden van het Lied.

Hun samenwerking legden zij vast op de CD Le sommeil est un voyage, een verzameling van klassieke wiegenliederen.

Tanja Obalski

De Duitse sopraan Tanja Obalski studeerde aanvankelijk dwarsfluit aan de Hochschule für Musik und Theater in Hamburg; daarna solozang aan het Conservatorium van Amsterdam bij Margreet Honig en Howard Crook. Tanja Obalski specialiseerde zich vervolgens in Amsterdam in de historische uitvoeringspraktijk en barokzang en rondde in 2003 haar studie succesvol af. Zij volgde verder masterclasses van o.a. Jill Feldman en Emma Kirkby. In 2005 was zij laureate bij het Concours International de Chant Baroque de Chimay en in 2007 finaliste van het oratoriumconcours “Nederlandse Vocalisten Presentatie”.

Als soliste is zij te horen in oratoria, cantates en kamermuziekconcerten zowel in Nederland als daarbuiten. Zij werkte solistisch mee aan CD’s van o.a. de Rheinische Kantorei o.l.v. Hermann Max, van Combattimento en diverse radio-opnames met het Groot Omroepkoor.

Tanja is ook een veelgevraagde ensemble- en koorzangeres. In het verleden zong zij veelvuldig bij o.a. De Nederlandse Bachvereniging (o.l.v. Jos van Veldhoven), Cappella Amsterdam en Collegium Vocale Gent (o.l.v. Philippe Herreweghe). Op dit moment is zij op diverse podia te horen met o.a. het Nederlands Kamerkoor, het Amsterdam Baroque Choir (o.l.v. Ton Koopman) en het Groot Omroepkoor.

Titia Van Heyst

Titia van Heyst is een veelzijdige sopraan en tevens veelgevraagd soliste. Grote werken als de Matthäus- en Johannes Passion van Bach, Ein Deutsches Requiem van Brahms, Mozart’s Exultate Jubilate, Krönungsmesse maar ook het Gloria van Poulenc en Orffs Carmina Burana voert zij geregeld uit.

Buiten de concertzalen en grote kerken in Nederland treedt Titia als soliste ook op in het buitenland. Ze toerde onder meer door Denemarken, Zweden en Frankrijk met de Johannes Passion van Bach.

Ze heeft als soliste aan diverse CD opnames meegewerkt, waaronder de CD ‘Krönungsmesse’ van het Kathedrale Koor St. Bavo in samenwerking met het Promenade Orkest.

Titia behaalde in 2007 haar master diploma aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Tijdens haar masterstudie specialiseerde zij zich in de Franse en Duitse liedkunst. Titia studeerde bij Sasja Hunnego en volgde daarnaast lessen en masterclasses bij o.a. Anne Sofie von Otter, Jard van Nes en Elly Ameling. Inmiddels wordt ze gecoacht door sopraan Hanneke de Wit.

Varvara Tishina

Sopraan Varvara Tishina heeft een reputatie opgebouwd als een charismatische, intelligente en veelzijdige vertolker van operarollen, oratorium en liedrepertoires. Haar uitvoeringen zijn altijd als een diep persoonlijke expressie. Ze wordt geprezen om haar rijke volle toon, stijgende hoge noten, ontroerende dramatische expressie en gratie op het podium. Ze maakt indruk als een serieuze en snel lerende zangeres met uitstekende ensemblevaardigheden. Een van haar belangrijkste kwaliteiten is haar veelzijdigheid die wordt weerspiegeld in de grote verscheidenheid aan projecten waar ze bij betrokken is.

In de opera portretteerde ze Violetta (La Traviata), Amina (La Sonnambula), Adina (L’ Elisir d’amore), Musetta (La Bohema), Marietta (Il Borgomastro di Saardam), Catherine (Pierre le Grand). Ze is ook actief in het Nederlands liedgenootschap (Vrienden van het Lied). Ze heeft haar rijke en tedere toon naar een breed scala van oratoriumrepertoire gebracht, van Vivaldi en Bach tot de werken van Arthure Honneger, William Walton, Will Todd, Louis Andriessen.

In seizoenen 2020/2022 stonden de debuutrollen van Gilda in “Rigoletto”, Liu in “Turandot”, Elvira in “I Puritani” en Lucia in “Lucia di Lammermoor” gepland. Maar vanwege de COVID-19-pandemie werden alle operavoorstellingen geannuleerd of uitgesteld naar het volgende seizoen. Maar vanwege het goede netwerk met toonaangevende Nederlandse ensembles was ze actief betrokken bij de productie voor de lokale tv- en streamingdiensten, waaronder:

H.Abrahamsen, “The Snow Queen”, Angel voice, Groot Omroepkoor & Radio Filharmonisch Orkest, dirigent Kent Nagano, NTR Zaterdag Matinee, 2022

A.Dvorák, Messa op.86, sopraan solo (Groot Omroepkoor, dirigent Peter Dijkstra), Live Concert HD, Avrotros Klassiek 2021

I.Stravinsky, Vier liederen W43a (voor sopraan, fluit, harp en gitaar), Live Concert HD, Avrotros Klassiek 2021

M.Reger, “Meinen Jesum lass ich nicht” Cantata voor sopraan, (Groot Omroepkoor, Ensemble uit het Radio Filharmonisch Orkest, dirigent Michael Gläser), Live Concert HD, Avrotros Klassiek 2021 

M.Simons, City of the Soul, voor 8 solo zangers, (dirigent Peter Dijkstra) Nederlands Kamerkoor, HD-broadcast “Downtown Uptown” 2021 

L.Berio, “Cries of London”,  voor 8 solo zangers, (dirigent Peter Dijkstra) Nederlands Kamerkoor, HD-broadcast “Downtown Uptown” 2021 

W.Walton, “The Twelve”, sopraan solo (Groot Omroepkoor, dirigent B.Goodson), NTR Zaterdag Matinee, 2020 

L.Auerbach, “72 Demons”, sopraan solo, Nederlands Kamerkoor, dirigent Peter Dijkstra, 2020

In seizoen 2018/2019 debuteerde ze als Violetta Valery in “La Traviata” bij Opera Hogeland. In een recente productie van BarokOpera Amsterdam vertolkte ze de rollen van Catherine (“Pierre le Grand” van Gretry) en Mariette (“Il Borgomastro di Saardam” van Donizetti). In dat seizoen speelde ze ook Amina in “La Sonnambula” en Adina in “L’Elisir D’amore”. In mei 2019 was ze met het programma ”Reis van de poëzie” onderdeel van het Internationaal Liedfestival in Zeist. In de zomer van 2019 gaf ze recitals op Festival Rive Gauche en Festival les Operas d’ate de Dinard (Frankrijk). Ook werkte ze samen met de art director van IDF (International Documentary Filmfestival Amsterdam) aan de totstandkoming van de soundtrack naar de wereldpremière van de eerste film van Dziga Vertov.

In seizoen 2017-2018 debuteerde ze bij Opera Hogeland in de titelrol van Mimi in “La Boheme”. Later verscheen ze in de NTR ZaterdagMatinee als Un’ancella di Amelia in Verdi’s “Simon Boccanegra” met het Radio Filharmonisch Orkest onder James Gaffigan en als een van de kleine solisten in J.Widmanns opera “Babylon” (dirigent Markus Stenz, NTR Zaterdag Matinee). Hoogtepunten van de seizoenen 2016-2017 zijn het debuut als Nedda in “I Pagliacci” van Leoncavallo bij Opera Hogeland. Solo in nieuw werk van Frangis Ali-Zadeh en Djuro Zivkovic? met Concertgebouworkest en Omroepkoor olv Martyn Brabbins. In 2016 was ze sopraansolist in de Nederlandse première van ‘Requiem’ en ‘Te Deum’ van Will Todd.

Wendy Roobol

De Nederlandse sopraan Wendy Roobol studeerde zang bij Sasja Hunnego en Rita Dams. In mei 2004 studeerde zij af aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag. Tijdens haar Masterstudie aan De Nieuwe Opera Academie (DNOA), die zij succesvol afsloot in juni 2006, specialiseerde zij zich in opera en werd zij o.a. gecoacht door Alexander Oliver. Wendy’s huidige coach is Jard van Nes. Masterclasses volgde Wendy onder meer bij Elly Ameling, Rudolf Jansen, François Leroux, Kenneth Montogommery, Ann Murray, Patricia Mc Mahon, Mark Tucker, Michael Chance en Jill Feldman.
In november 2009 was Wendy laureaat bij het Presentatieconcert van de Stichting Nationale Vocalisten-presentatie.

Wendy is een veelzijdige zangeres. Door haar soepele, heldere en warme geluid leent haar stem zich voor repertoire dat zich uitstrekt van vroege barok tot moderne muziek in zowel het opera- als het oratoriumgenre.

Zo zong zij de afgelopen jaren operarollen als Belinda & 1st Witch (Dido and Aeneas), Susanna (Le Nozze di Figaro), Helena (A Midsummernights’ Dream), Oberto (Alcina), Lucinda (Don Chisciotte in Sierra Morena) en Geraldine (A Hand of Bridge). Bijzondere faam verkreeg Wendy met diverse hoofdrollen in de cyclus Purcell on Stage van Barokopera Amsterdam in regies van David Prins. Zowel King Arthur als A Tempest maakten een zeer succesvolle tournee langs de Nederlandse en Franse theaters en concertzalen. Ook het semi-geënsceneerde concert Purcell Gala trok in binnen- en buitenland volle zalen, met als hoogtepunt het Zondagochtendconcert in Het Concertgebouw.

Als concertzangeres was Wendy te horen in grote oratoria van Bach, Händel, Haydn, Mozart, Mendelssohn, Rossini en Vivaldi. Ze zong daarnaast ook minder bekende werken van Britten, Graun, Jenkins, Lotti, Monteverdi, Orff, Pärt, Pergolesi, Reich, Rutter, Wagenaar en van Franse barokcomponisten als Charpentier, Delalande, Durante en Gilles. Ze werkte met ensembles als het Residentieorkest, het Promenadeorkest, RBO Symfonia, Concerto Rotterdam en het Nederlands Bach Ensemble. Ze soleerde onder dirigenten als Jaap van Zweden, Reinbert de Leeuw, Richard Egarr, Jos van Veldhoven, Lucas Vis, Daan Manneke, Maria van Nieukerken, Gilles Michels, Krijn Koetsveld en Ed Spanjaard.
Verder zong zij diverse malen in de 4e symfonie van Mahler, Das Himmlische Leben.

Wendy verleende haar medewerking aan diverse CD- en radio-opnames. Ze zong de rol van Papagena en Tweede Dame in een Nederlandse versie van Die Zauberflöte van Mozart (Briljant Classics). Ook is zij te beluisteren op een live concertregistratie van het Metropole Orkest o.l.v. Vince Mendoza met filmmuziek van Ennio Morricone, waarop ze de titelsong uit de film Once Upon a Time in the West zingt. Deze opname werd onlangs op CD uitgebracht.

Kamermuziek neemt een speciale plek in binnen Wendy’s carrière. Ze vormt een duo met luitiste Elly van Munster en met pianiste Eke Simons. Met alt/mezzo Carina Vinke brengt ze programma’s met operaduetten en aria’s in een theatrale context en ze is de vaste zangeres van het Barokensemble Connection 1700.