Het impresariaat Kox Vocaal behartigt de belangen tussen opdrachtgever en vocalist bij uw muzikale uitvoeringen.
Sven Weyens
Bas-BaritonBas-bariton Sven Weyens begon zijn studie cello op tienjarige leeftijd bij Frieda Celis. Daarna studeerde hij verder bij Jaap Kruithof, Hans Mannes, France Springuel, Jeroen Reuling en Marcio Carneiro. Hij volgde masterclasses bij Francois Guy, Wolfgang Laufer, Valentin Erben and Thomas Kakuschka (Alban Berg quartet). Sinds 2004 is hij vast lid van het Residentieorkest (The Hague Philharmonic). Naast zijn orkestwerk specialiseerde Sven zich in kamermuziek. Hij trad onder andere op met het Josef Aschtak Trio, waarmee hij door Portugal en de Verenigde Staten toerde.
Al van kinds af aan ontwikkelde Sven Weyens ook een grote passie voor klassieke zang. Tijdens zijn studie cello volgde hij reeds klassieke zang als bijvak. Zijn leerkracht raadde hem aan nooit te stoppen met zingen, hem wijzende op zijn prachtige stem. Het Residentieorkest gaf hem meermaals de kans om op te treden in hun kamermuziekserie als bas-bariton.
In 2014 begon hij een Master’s Degree klassieke zang in het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Sasja Hunnego. Hij studeerde af in 2016 met grote onderscheiding. Momenteel wordt hij gecoacht door Marion van den Akker.
Sven Weyens treedt regelmatig op als bas-bariton in binnen- en buitenland. Zijn stem leent zich voor zeer uiteenlopend repertoire, van Bach en Mozart tot Kurt Weill. Zo zong hij onder andere in Othmar Schoeck’s ‘Vom Fischer und seiner Frau’; Samuel Barber’s ‘Dover Beach’ (uitgevoerd live voor de Nederlandse klassieke Radio NPO4); Bartolo in Mozart’s ‘Le nozze di Figaro’ en Don Alfonso in ‘Cosi fan Tutte’; Mozes in CPE Bach’s ‘Israeliten in der Wüste’; de arias en Christus van J.S. Bach’s Mattheus en Johannes Passionen; de rol van Bobby in Kurt Weill’s “Mahagonny Songspiel’ geregisseerd door Jiří Menzel (Martinů Festtage Luzern); en Schubert’s Schöne Müllerin’ en ‘Winterreise’.
Daniella Buijck
Alt-mezzoDe Alt-mezzo Daniëlla Buijck, oorspronkelijk afkomstig uit Zeeuws-Vlaanderen, studeerde Nederlands recht alvorens zij haar klassieke zangopleiding begon. In juni 2009 studeerde zij af bij Hanneke Kaasschieter en Xenia Meijer aan het Fontys Conservatorium in Tilburg. Tijdens haar opleiding ontving ze interpretatielessen van Frans Fiselier en masterclasses van Charlotte Margiono, Jard van Nes en Alexander Oliver. Daarnaast ontving zij dramalessen van Veerle van Hecke en Marc Krone. Momenteel wordt zij gecoacht door Xenia Meijer en Jard van Nes.
Daniëlla heeft zich tijdens haar opleiding breed georiënteerd op de verschillende terreinen binnen de klassieke muziek en ook nu blijft haar interesse veelzijdig. Zij is solistisch actief op het gebied van zowel oratorium, opera als lied. Daarnaast zingt zij als freelancer regelmatig in de ensembles van het Groot omroepkoor en het koor van de Nationale reisopera en is zij ook aangenomen in het ensemble van De Nederlandse Opera. Ze heeft een grote voorliefde voor acteren en voor literatuur en zij betrekt de luisteraar daarom erg graag bij de verhalen achter de muziek.
Op oratoriumgebied zingt zij onder andere de altsolo’s in het Weihnachtsoratorium en in de Mattheus en Johannes Passie van Bach, het Magnificat en het Gloria van Vivaldi, The Messiah, The Coronation Anthems, het Te deum laudamus en het Dixit Dominus van Händel, het Oratorio de Noël van Saint-Saëns, de Petite Messe Solennelle van Rossini, de Alt-rhapsody van Brahms, het Requiem, de Krönungsmesse en de Vesperae Solennes de Confessore van Mozart, het Laudate Sion van Mendelssohn en het Stabat Mater van Pergolesi, Bononcini en Jenkins.
In het operagenre zong zij de rol van Madame Flora in de opera The Medium van Menotti, onder regie van Jeroen Lopes Cardozo, de rol van Annina in La Traviata van Verdi en de rol van Madame de Croissy in Dialogues des Carmélites van Poulenc, onder regie van Marc Krone. Op het gebied van experimenteel theater was ze te zien in de absurdistische opera Stormval van Productiehuis Brabant op verschillende festivals, onder regie van Peerke Malschaert. Op operettegebied zong zij bij de Internationale opera producties tijdens theatertours in Bulgarije, Oekraïne, Nederland, België en Luxemburg de rol van Mirabella in Der Zigeunerbaron van Strauss en de rol van Olga in Die Lustige Witwe van Lehar.
Tenslotte vormt Daniëlla met de sopraan Kathelijn van Dongen het Duo D’anca en samen verzorgen zij concerten en recitals voor verschillende gelegenheden en met diverse thema’s. Voor meer informatie over Daniëlla en over haar agenda alsmede voor luisterfragmenten kunt u kijken op haar website: www.daniellabuijck.nl.
Livio Gabrielli
TenorDe Italiaanse tenor Livio Gabrielli voltooide zijn studie bij Jane Mengedoht aan het Conservatorium
van Zürich, waar hij tevens afstudeerde voor het opera- en concertdiploma.
Tijdens zijn studie bereikte hij de halve finale van het internationale zangconcours “Francisco Viñas“
in Barcelona, zong hij de hoofdrol in “Der Graf von Luxemburg” van Lehár en maakte als Tamino
een tournee van 100 voorstellingen in Mozart’s “Zauberflöte”.
De afgelopen jaren trad hij op als solist in Zürich, Basel, Italië, Frankrijk (Festival de Nantes) en Bilbao (dir. Michel Corboz), Genève (Victoria-Hall) en uiteraard ook op diverse Nederlandse podia, waaronder het Concertgebouw in Amsterdam. Hij zong hoofdrollen in o.a. “Viva la mamma” van Donizetti, op uitnodiging van de Hoofdstadoperette Amsterdam een seizoen lang de rol van Tassilo in “Gräfin Mariza” van Kálmán, vervolgens in Basel de rol van Paris in “La belle Hélène“ van Offenbach, Ferrando in “Cosi fan tutte” van Mozart bij Opera Trionfo, Elvino in “La Sonnambula” van Bellini en in Duitsland nogmaals “Die Zauberflöte”.
De rol van Fenton in Verdi’s opera “Falstaff” zong hij tijdens een tournee in Italië met als hoogtepunt een voorstelling in het theater Regio di Parma. Daarna werd zijn repertoire verrijkt met de titelrol in “Ernani”, Oronte in “I Lombardi”, Ismaele in “Nabucco” en Alfredo in “La Traviata” (o.l.v. Arjan Tien) van Verdi en Turiddu in “Cavalleria rusticana” van Mascagni.
Tevens trad hij met het Orkest der Lage Landen o.l.v. Walter Proost verscheidene malen in België op met het programma “Hommage à Mario Lanza”.
Ook als oratoriumzanger is hij een veelgevraagd solist. Tot zijn repertoire behoren de belangrijkste werken van Bach, Händel, Mozart, Schubert, Mendelssohn, Rossini, Puccini, Verdi, Berlioz, Gounod, Martin, Honegger, Orff. Werken die hij regelmatig zingt zijn o.a. de “Petite Messe Solennelle“ van Rossini, de “ Messa di Gloria” van Puccini en het Requiem van Verdi.
Geboren en opgegroeid in een tweetalige en culturele omgeving, profileert hij zich sinds enige jaren steeds meer in het romantische Franse en Italiaanse lyrische repertoire, met een speciale affiniteit voor het werk van Puccini.
Livio Gabrielli geniet het grote voorrecht begeleid te worden door Gemma Visser en Nicolai Gedda.
Siri Karoline Thornhill
SopraanDe Noorse sopraan Siri Karoline Thornhill, van Engelse afkomst werd in Bristol geboren. Zij studeerde eerst in Stavanger, Noorwegen en sloot haar opleiding cum laude af aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Bepalend waren de invloeden van Anna Reynolds, Prof. Beate Heuer-Christen, Prof. Turid Karlsen en Elly Ameling.
Zij werkte samen met dirigenten als Ivan Fischer, Ton Koopman, Bruno Weil, Philippe Herreweghe, Christoph Coin, Thomas Hengelbrock, Sigiswald Kuijken, Gijs Leenaars, Daniel Reuss, Michi Gaigg, Ottavio Dantone, Riccardo Minasi en Fabio Biondi. Tot haar muzikale partners behoren o.a. gerenommeerde orkesten als het Konzerthausorchester Berlin, Kammerorchester Basel, Orchestra La Scintilla Zürich, La Petite Bande, Freiburger Barockorchester, het Balthasar Neumann Ensemble, Staatskapelle Halle, Gewandhausorchester Leipzig, Concertgebouw Kamerorkest, Opéra National de Bordeaux en het Amsterdam Baroque Orchestra.
Concert- en liederenavonden voerden haar naar belangrijke concertzalen, zoals het Konzerthaus en Philharmonie Berlin, Philharmonie am Gasteig München, Frauenkirche Dresden, St. Michaeliskirche Hamburg, Dom zu Trier, Alte Oper Frankfurt, NOSPR Katowice, het Concertgebouw Amsterdam, Kennedy Center Washington, Oslo en Stavanger Konserthus, Wiener Konzerthaus, Musikverein Graz, Palais de Beaux, Arts Brussel, Auditorium Bordeaux, Théatre des Champs-Élysées, Salle Garnier Monte Carlo en Sala Verdi in Milaan.
Zij trad op bij gerenommeerde Festivals zoals de Händelfestspielen in Göttingen en Halle, Rheingau Musik Festival, Haydnfestival Eisenstadt, Beethovenfest Bonn, Bachfest Leipzig, Mozartfest Augsburg, Ernen Barock, Festival international opéra baroque & romantique Beaune, Printemps des Arts de Monte Carlo, den Festivals für Alte Musik in Brugge en Utrecht, Sydney Festival maar ook bij Rencontres Musicales de Vézelay.
Operaproducties brachten haar naar de Oper Leipzig, Oper Freiburg, Oper Halle, Komische Oper Berlin,
en ook naar Kristiansand en Beaune, in rollen als onder andere Donna Anna (Don Giovanni), 1e Dame en Pamina. (Die Zauberflöte), Savitri in de gelijknamige opera van Gustav Holst en Miss A in Luke Bedfords “Through his teeth”. In het laatste seizoen was zij te gast in het Theater für Niedersachsen als Königin Orasia in Telemanns “Orpheus, oder die wunderbare Beständigkeit der Liebe”, een barok productie geensceneerd door de regisseur Sigrid ’t Hooft, die gespecialiseerd is in de historische uitvoeringspraktijk.
CD-opnamen zoals de liederen van Edvard Grieg (Deutschlandradio Kultur), Bach-Kantaten met La Petite Bande onder Sigiswald Kuijken alle Bach Solo-Kantaten voor sopraan met het Kölner Kammerorchester o.l.v. Helmut Müller-Brühl. De opname van de Matthäus Passion onder dirigent Jos van Veldhoven en Membra Jesu Nostri met Ton Koopman,Simon Mayrs “Telemaco”en “Requiems” zijn verdere hoogtepunten in de omvangrijke discografie van deze zangeres.
Milan Faas
TenorMilan Faas studeerde klassieke zang aan Codarts, waar hij in de leer ging bij Charlotte Riedijk en Marcel Reijans. Vanaf 2020 is Milan in de leer bij Jeannette van Schaik.
Contact formulier
In 2018 zong hij enkele rollen in de voor de International Opera Awards genomineerde operaproductie ‘Thijl 2018’. In 2021 speelde hij de rol van Pong in de opera ‘Turandot’ bij het operagezelschap Bel Canto en zong hij de rol van ‘Jacques de Slak’ in de gelijknamige kinderopera van Panos Gklist. Vanaf 2019 werkt Milan tevens als freelancer bij het koor van de Nationale Opera, Consensus Vocalis en vanaf 2020 bij Cappella Amsterdam. Ook zingt hij solo bij diverse kamerkoren in Nederland waaronder het Haarlems Bach Ensemble en kamerkoor Doulce Memoire.
Onlangs was Milan solistisch te horen in de Matthäus Passion, en de Johannes Passion van J. S. Bach en in de Petite Messe Solennelle van G. Rossini.